Na een memorabele rustdag maakten we onze fietsen klaar voor vertrek en sloten we het huis weer netjes af. Onder een stralend blauwe hemel trapten we de laatste kilometers richting Lapua. Het was een stuk warmer dan de voorbije twee dagen en we konden stilletjes aan beginnen dromen van een Finse zomer.
Naast bos en water was er een derde element dat bleef terugkomen: korenvelden. We konden dan ook niet anders dan ons er middenin te installeren voor de lunch. Het is ons echter een raadsel waarvoor ze het graan gebruiken, want we waren er nog niet in geslaagd in de supermarkt lekker brood te vinden. Gelukkig had onze beschermengel Maarit enkele pistoletjes gebakken die, in combinatie met een gekookt eitje en wat mayonaise die we voor de bbq hadden gekocht, zeer goed smaakten.
Onze oproep om een hogedrukgebied onze richting uit te sturen had duidelijk gehoor gekregen en we moesten zelfs de zonnecrème nog eens bovenhalen. Dat ons flesje van 150 ml - dat in België al aangebroken was - nog maar een keer vervangen was, zegt overigens genoeg over de voorbije maanden.
De wind zat jammer genoeg niet mee en we hadden beiden last van het na-een-rustdag-syndroom. Zware benen, wind tegen en lange stukken vals plat maakten het een lastige fietsdag, maar de zonnestralen en een hert dat als kers op de taart de straat overstak maakten veel goed.
Met dergelijke temperaturen vervielen we in onze Deense gewoonte om een ijsje te kopen bij de inkopen. Een welkome verfrissing tijdens een kleine pauze.
In Alajärvi zochten we een plekje aan het meer, maar het water was niet echt toegankelijk laat staan dat er plaats was om een tent op te zetten. Onze benen en ons hoofd hadden de fietsdag dan wel al afgesloten, noodgewongen moesten we toch nog enkele kilometers extra trappen. Plots zagen we de aanduiding van een zwemplaats en we trachtten daar ons geluk te beproeven.
Een prachtige plek aan het meer, een mooie, vlakke en net gemaaide ligweide en jammer genoeg een plaatje met ‘verboden te kamperen’. Verder rijden zagen we echt niet zitten en we vroegen aan enkele mensen of het per uitzondering, en enkel voor de nacht, ok zou zijn als we hier overnachtten. Gelukkig reageerde iedereen positief en met een diepe glimlachzucht rekten we ons uit op het picknickdeken.
Omdat er nog wat volk kwam zwemmen, leek het ons beter de tent zo laat mogelijk op te zetten. We genoten van de avondzon en stelden ons uiteindelijk op achter een heg. De tortelloni met ricotta en spinazie waren lekker in combinatie met gele paprika en tomatensaus en enkele veertigers die een huisje in de buurt hadden afgehuurd zorgden voor stevige rockbeats onder ons avondmaal.
Boenk, boenk, boenk… en de beats, afgewisseld met nu en dan wat luid gelach weerklonken in de nacht toen wij de slaapzakken opzochten.