’s Ochtends begon de dag met een tegenvaller. De warme dag en nacht zorgden ervoor dat de melk zuur was geworden en dat we als ontbijt gedwongen waren te kiezen tussen droge muesli en fruit. Naast Murphy reisde dus ook Cruyf nog steeds met ons mee… elk nadeel heb z’n voordeel, maar ook het omgekeerde bleek wederom waar.
We lieten het niet te veel aan ons hart komen. In korte mouwen begonnen we aan onze tweede zomerdag in Litouwen. Al snel bleek echter dat de wind wel eens roet in het eten zou kunnen gooien. We fietsten sinds de namiddag van de vorige dag richting zuidwesten, maar de wind was vrolijk met ons meegedraaid. Vanuit Riga hadden we reeds wind op kop en dat begon door te wegen. Elke helling was een kwelling en de afdaling kon bezwaarlijk een plezier genoemd worden.
Na Daugavpils hadden we er al twee fietsdagen opzitten en met de bijkomende twintig kilometer tot Labanoras was een rustdag gerechtvaardigd. Wegens gebrek aan campings hadden we ons oog laten vallen op een hotelletje in het centrum van het dorp. De ooievaar die zonder veel argwaan in de voortuin ronddoolde deed reeds vermoeden dat het hier niet meteen de zoete inval was en we kregen gelijk. We hadden nog slechts tien euro op zak en het hotel/restaurant aanvaardde geen bankkaarden. Bovendien vonden we vijfenveertig euro voor een kamer exclusief ontbijt een beetje veel.
We reden terug de bossen in en passeerden enkele dorpjes die veel weg hadden van prehistorische nederzettingen. Aan een verlaten huis aten we op een bankje onze lunch op en vervloekten we de vele wolken die de zomerzon volledig hadden opgeslorpt.
Nadat we onze flessen deze maal zelf vulden aan een waterput doken we het Labanoras Regional Park in. Dit was misschien wel het mooiste stukje Baltics dat we tot nu toe hadden gezien. In een prachtig merengebied was het over onverharde paden fenomenaal mooi fietsen. Onze snelheid ging de dieperik in, maar tegen het tempo van een sportieve wandelaar hadden we de mogelijkheid om onze ogen goed de kost te geven. Naast al het natuurschoon viel spijtig genoeg de afwezigheid van wildlife op… of toch de afwezigheid van wildlife binnen ons gezichtsveld.
Tussen twee regionale parken in kregen we het door de wind en de pittige heuveltjes even knap lastig, maar een klein winkeltje bracht net op tijd redding. Een frisco met echte Belgische chocolade en karamel bracht ons er weer helemaal bovenop en twee biertjes, een lat chocolade als dessert en melk ter ondersteuning van de muesli de volgende ochtend, fleurden onze achtertassen op.
In het Asvejos Regioninis Parkas gingen we op zoek naar een slaapplaats. Een eerste kampeerplekje lieten we wegens te veel zwerfvuil links liggen en onze charmes sloegen, ondanks ons perfect Litouws, nauwelijks aan bij de plaatselijke bevolking. Een ontgoocheling of drie later zetten we onze tent op aan een picknickbank.
De noedels die sinds Noorwegen als noodrantsoen in onze fietszakken zaten smaakten, in combinatie met de overschot van de noten en vruchten van de salade een paar dagen eerder, verrassend goed.
Met nog slechts vijfenvijftig kilometer en zes dagen tot onze vlucht in Vilnius hadden we tijd op overschot. We hoopten dan ook dat we de volgende dag op een leuk ho(s)telletje zouden stoten zodat we de spieren nog wat rust konden gunnen.