Aangezien onze camping aan de Thames lag, zaten we meteen terug op onze route. Al om 8u30 op een zondag - wanneer een normale ziel nog in zijn bed ligt of geniet van een warme koffie bij zijn krant en pistoletjes - zagen we tientallen roeiers het water doorklieven. Sommigen onder hen in t-shirt, wat ons toch wel wat overdreven leek.
Gezien het vlakke parcours maakten we snel wat kilometers en bereikten we vlot Windsor Great Park, misschien wel het mooiste tot nu toe. Als je in België aan een park denkt, beeld je je een tiental bomen en een kleine vijver geflankeerd door een speeltuin in. In de Britse parken die wij kruisen kan je dagenlang wandelen en kilometers ver kijken. In dit pareltje van 20 km² zagen we vanop een heuvel - met twee cirkelende haviken boven ons - het statige Windsor Castle liggen. Als we ons niet vergissen, het grootste nog bewoonde kasteel ter wereld. (We vergissen ons niet, we hebben de info uit Lonely Planet.) De Queen hebben we niet gezien, maar gezellig was het er wel.
Na Windsor fietsten we verder richting Reading. Onderweg passeerden we een Rolls Royce gathering. Op z'n zachtst gezegd apart, die heren met hun hoge hoeden. Wij gingen onder een fietshelm verder op onze eigen Rolls op twee wielen.
Reading liet op ons geen noemenswaardige indruk na en bij het buitenrijden wisselden we de Thames in voor het Kennet and Avon Canal.
Op een onverhard en smal jaagpad reden we kilometers langs honderden woonboten en kleine, manueel te bedienen sluisjes. Het ganse traject gingen we van linker- naar rechter en van rechter- naar linkeroever via smalle brugjes die onze kuiten keer op keer danig op de proef stelden.
Rond km 75 keken we uit naar een slaapplaats. Vermits we in Google Maps en Basecamp (de navigatiesoftware van onze gps) geen aanduidingen van campings hadden gevonden, vroegen we aan verschillende voorbijgangers waar we konden bivakkeren. Van campings hadden zij in de verste verte geen weet en ze raadden dan ook aan om ons tentje ergens langs het kanaal op te slaan.
20 km verder hadden we nog steeds geen geschikt plekje gevonden. Er stond intussen 97 km op de teller, en dat voor een dag die eigenlijk onze rustdag had moeten zijn.
Toen we een groot, omheind landgoed passeerden, zagen we onze kans schoon. Even aanbellen - we hadden toch niets te verliezen - en grootgrondbezitter Jamie liet ons met veel plezier toe om onze tent op te zetten tussen zijn overdekt zwembad en tennisveld.
Op aanraden van onze landlord trakteerden we onszelf in de pub op een pint lokale ale. De ideale afsluiter van een stevige fietsdag.