In de voormiddag regelden we enkele praktische zaken voor de Erasmus-reünie in Barcelona. We boekten een bus van Venetië naar Turijn en zochten naar een onderkomen in deze stad aan de voet van de Alpen. Hoe we dan van Turijn verder zouden reizen, dat waren zorgen voor later.
Ook deze dag was het prachtig zomerweer en een tripje naar Grado, de voormalige badplaats van de Habsburgse royals, sprak ons wel aan. Tegen de middag sprongen we op de bus en konden ons tijdens de rit van achter het glas vergapen aan de oude Romeinse stad Aquileia.
Grado zelf had een charmant oud centrum en na een korte verkenning trokken we richtig het strand. Op het warmste moment van de dag was het bakken aan het ‘lido’ en voor het kusttoerisme zouden we hier zeker niet terugkeren: een uitgestrekt zandstrand vol zonnekloppers, ondiep en warm water en amper schaduwrijke plekjes.
Ondanks de strandmankementen hadden we een uitermate relaxte namiddag en die trend zetten we ’s avonds gewoon door. We haalden een pizza af bij Baffo en deelden die op het centrale plein van de stad. Vervolgens sloegen we een praatje met de mama van Giorgia - volop bezig met de organisatie van de wekelijkse schaakavond in een van de barretjes op het plein -, deden een passeggiata met Gabriele en Alice (de beste vriendin van Giorgia) en keuvelden nog een hele tijd gezellig na op het appartement.
Veel te snel tijd om afscheid te nemen van Giorgia die de volgende morgen vroeg naar het werk vertrok. Gelukkig zouden we twee weken later weerral terug voor de deur staan om onze fietsen op te pikken.