De sugar rush wierp wel zijn vruchten af. Tegen 12u30 hadden we al vijftig kilometer in onze benen en dat halen we niet elke dag. Drie uur eerder waren we vertrokken in de mist, maar het was meteen duidelijk dat we een mooie dag zouden krijgen. De miljoenen zonnebloemen die we passeerden zouden ons heliotropisch zeker en vast zijn gevolgd, ware het niet dat ze er zo dor als de woestijn bijstonden. Een van de weinige flora die niet kleurrijker wordt met de overgang van zomer naar herfst.
Het parcours had een stevige klim en enkele kleine heuveltjes voor ons in petto. Je zou denken dat we die tegenwoordig met de vingers in de neus wegfietsen, maar stijgingspercentages van acht à tien procent voelen we toch nog steeds.
We zagen heel wat roofvogels onderweg en sommige van vrij dicht. Het was alleen jammer dat ze precies roken dat we ze wilden fotograferen want van zodra we het ritsje van de hoes openden, sloegen ze zonder uitzondering hun vleugels uit.
In Vac moesten we een veerpont nemen over de Donau. Hoewel we graag in het gezellige centrum hadden willen picknicken - zonovergoten bankjes all over the place -, leek het ons slimmer meteen door te fietsen naar de boot. We hadden namelijk geen benul van het tijdsschema en het zou dom zijn eerst te eten en daarna te ontdekken dat we de overzet net gemist hadden.
De boot lag al te blinken in de zon aan onze kant, maar voer pas een half uur later uit. Op de oever van de Donau aten we dan maar onze pistolets met kaas en boterhammenworst en zo was het picknickdeken ook blij dat het nog eens werd bovengehaald.
In Tahitofalu zetten we weer voet aan wal en begonnen we aan de laatste veertien kilometer naar Szentendre waar we een pension hadden geboekt. Toen we vorig jaar Budapest bezochten, stond dit stadje vermeld in onze reisgids als leuke uitstap. Toen namen we niet de moeite om de bus ernaartoe te nemen want het was slecht weer en een bezoek aan de baden leek ons een beter regenprogramma. Gelukkig, want nu kregen we een stukje reisgids te zien dat we nog niet kenden.
Het pension waar we verbleven was ietwat verouderd, maar de uiterst vriendelijke uitbaatster compenseerde. Ze sprak goed Duits, wees ons aan waar we de fietsen konden wegzetten, gaf ons een plannetje van het centrum en een gouden tip voor het diner. Door kleine, pittoreske straatjes met kasseien wandelden we naar het driehoekige Fő tér (grote markt) en de omliggende steegjes en pleintjes. Negen kerken is het stadje rijk, maar we zijn niet zeker of we ze allemaal gezien hebben. Op een bepaald moment koelt het af en wil je gewoon ergens binnen zitten.
Tegen een uur of zes maakten we aanstalten om naar Maharaja te wandelen. Volgens onze landlady kon je er heerlijk Indisch eten en kocht de eigenaar zijn specerijen en andere ingrediënten rechtstreeks aan in India. We kregen drie menukaarten: een Indische, een Nepalese en een drankenkaart. Gelukkig was het restaurant nagenoeg leeg en kregen we veel tijd om alle gerechten door te nemen alvorens een keuze te maken. Als voorgerecht bestelden we sekuwa (gemarineerde kip) en samosa (deeg gevuld met aardappelen en erwten) met drie dipsausjes: mango, munt en soja. Moeilijk uit te leggen wat er zo speciaal aan was, maar in ieder geval om duimen en vingers bij af te likken. Het hoofdgerecht ging op hetzelfde sublieme elan verder. Wouter had een soort Indisch stoofvlees met rijst en ik had een Nepalees kipgerecht met gekruide wrongel en naan. Doordat het werd opgediend in aparte potjes konden we beiden naar hartelust proeven van alle smaken. Yummie! Het dessert dat we deelden was een kokosgerecht en eveneens een winner.
Jammer dat het in Hongarije blijkbaar de gewoonte is om tien procent extra aan te rekenen voor de service, maar we lieten er onze wining & dining experience niet door vergallen. (Dom systeem overigens; als je toch standaard de service aanrekent kan je dat evengoed meteen in de prijs doorrekenen. Zo weet de klant ten minste waar hij zich kan aan verwachten.)
We verdwaalden in het naar huis wandelen in de slechts door de maan verlichte straten, maar kwamen met behulp van het plannetje en een omweg toch terug thuis. Een fantastische dag met een geweldig diner als afsluiter.