We wilden liever niet in dergelijke omstandigheden vertrekken en dus lazen we er onze allereerste verslagen van ons avontuur op na. Twintig april leek al een eeuwigheid geleden en de artikels brachten alle herinneringen meteen weer naar boven.
Daarnaast bracht Lonely Planet opheldering over de verdwaalde zielen langs de kant van de weg. Het paddenstoelenseizoen was net begonnen en dan trekken de Letten blijkbaar in grote getale het bos in om emmers vol champignons te vullen.
Het was uiteindelijk tien uur vooraleer we aan de fietsdag begonnen, maar de hemel was opgeklaard. De regen had echter niet alleen een natte tent, maar ook een loodzwaar parcours tot gevolg. Onze fietsen zakten weg in de zanderige ondergrond en met de wind die tegen blies, kenden we een moeilijke start van de dag.
Het was al lunchtijd toen we in Cesis arriveerden en op een grasveld, in de marge van een groot kinderevent rond wetenschap, nieuwe krachten opdeden. Cesis staat vooral gekend voor het sprookjesachtige kasteel dat in 1209 werd opgericht door de ‘knights of the sword’ en waar vandaag nog een mooie ruïne van overblijft.
Door het prachtige Gauja National Park reden we over verlaten landwegen verder richting Sigulda. De hellingspercentages die rond de tien procent schommelden deden ons regelmatig teruggrijpen naar het allerkleinste verzet, maar desondanks genoten we van het uitgestrekte natuurschoon.
Net buiten Ligatne, waar we nog stopten aan een hoge klif met keldergrotten, gingen de hemelsluizen weer open. Het was snel duidelijk dat het niet bij enkele regendruppels zou blijven en we trachtten onder de kruin van de bomen zo goed en zo kwaad als het kon beschutting te zoeken. Na enkele minuten stortregen hield het bladerdek de overvloedige neerslag niet meer tegen. Volledig afgekoeld en met natte mouwen - onze gore-texjassen zijn nog steeds niet waterdicht, maar we zijn in contact met AS-Adventure en Gore om een oplossing te zoeken - konden we een twintigtal minuten later onze tocht verderzetten.
De zon kwam door de wolken, maar het regende nog harder dan we dachten. We werden natter met de minuut, maar een haarscherpe dubbele regenboog maakte veel goed. Gezien de regen besloten we om niet tot in Sigulda door te fietsen, maar ergens langs de weg aan te bellen om onze tent op te slaan. Een goede keuze zo bleek achteraf!
Een iets oudere vrouw sprak enkel Lets en Russisch, maar begreep relatief snel waar we naartoe wilden. Het was geen probleem om onze tent in de tuin op te zetten, maar vanwege de aanhoudende regen werden we eerst uitgenodigd in haar huis. Voor we het wisten zaten we achter een kop verse, dampende kruidenthee en een bord gevuld met zelfgemaakte pastei, in combinatie met een smakelijke salade en brood. (Katrien was niet zo’n fan van de overvloedig met gelatine bedekte pastei.
Ondanks de taalbarrière wisten we over te brengen wat we aan het doen zijn en communiceerden we meer dan behoorlijk. Zidre liep ondertussen heen en weer en kwam telkens terug met iets wat we nog moesten meenemen: een zak gevuld met kruiden, enkele tomaten en als kers op de taart twee sjaals van Letland die we als souvenir in onze bagage moesten steken.
Toen we na het eten aanstalten maakten om de tent op te zetten, nam ze ons mee naar de achterkamer waar we op de uitklapbare zetel avant la lettre terecht konden. We sliepen in de Baltische Staten meer in een bed dan op onze matjes, en dat beviel ons enorm.