Zijn vrouw Othilde was nog enkele eieren aan het koken, maar de ontbijttafel stond al rijkelijk gevuld op ons te wachten: fruit, verschillende soorten kaas en vlees, notenbrood, crackers, thee, fruitsap, muesli, verse confituur,…
Naast al het lekkers, is het vooral de leuke babbel waar we met veel plezier naar terugkijken. Roar was heel geïnteresseerd in onze reis en stelde honderduit vragen. Wij maakten dan ook maar gretig van de gelegenheid gebruik om een en ander over Noorwegen te weten te komen. Het was ons bijvoorbeeld al opgevallen dat er veel aardbeien worden gekweekt. Dat kan blijkbaar omdat het hier zo lang licht is. Daarnaast hebben vele dorpjes ‘eide’ in hun naam, wat zoveel betekent als de overgang van zoet naar zout water.
Buiten het frambozenseizoen werkt Roar op een boorplatform. Met de helikopter gaat hij vanuit Bergen naar het platform, werkt er twee weken en kan dan genieten van vier weken vakantie. In die tijd trekt hij vaak naar de gletsjer om er te skiën en langlaufen.
Tijdens de afdaling de vorige dag, had Wouter gemerkt dat er iets met zijn wiel niet pluis was. Na het ontbijt, rond een uur of elf, zochten we de oorzaak van het probleem en Roar bood spontaan zijn hulp aan. Gelukkig maar.
Ik had al geopperd dat er waarschijnlijk een spaak los zat. Dat bleek na inspectie gedeeltelijk juist. Het kopje van een van de spaken in het achterwiel was afgebroken en veroorzaakte bij elke rotatie een knik in het wiel.
Onder het afdak van een van de stallen, tilden we de fiets op zijn kop en begonnen we aan de reparatie. Omdat het het achterwiel betrof, moest de cassette eraf. Daarvoor had onze fietsenmaker ons “Next Best Thing” aangeraden. Dit kleine werktuig zorgt er in combinatie met een pedaal voor dat je de cassette kan demonteren zonder kettingzweep. De gebruiksaanwijzing zat dan misschien nog wel in de verpakking, het was toch niet slecht dat Roar ons bijstond met raad en vooral met daad. De spaak werd vervangen, de cassette terug gemonteerd en na controle vonden we alle drie dat er goed werk was geleverd.
Het was intussen al na 13u, maar het was wel gestopt met regenen. Na een hartelijk afscheid en met een geweldige herinnering erbij, daalden we de laatste kilometer tot Utvik, waar we aan de Innvikfjorden muesli als middagmaal aten.
Allebei hadden we last van zware benen. Meestal worden de spieren los getrapt na een paar kilometer, maar na een paar schuine blikken wisten we dat het - ondanks het eerder vlakke parcours - die dag lastig fietsen zou worden.
Na twintig kilometer zagen we onze eindbestemming, Stryn, reeds liggen aan de overkant van het fjord. Zo dichtbij, en tegelijk nog zo veraf. We moesten nog meer dan twintig kilometer het water rond fietsen vooraleer we zouden aankomen - en met pudding in onze benen was dat nog een heel eind.
Gelukkig werd er onderweg wat animo voorzien door een grote Concorde. De mobilhome was ons eerder al voorbijgestoken en Wouter maakte de opmerking dat je er zonder problemen drieëndertig schoolkinderen mee naar het zwembad zou kunnen voeren. Die inschatting had wel eens kunnen kloppen.
Toen het gevaarte moest kruisen met een caravan, bleek de straat te smal. Gevolg: chaos alom op route 60. Wij zagen er het plezier wel van in, maar het gezicht van een Noor die ons om uitleg had gevraagd aan de andere kant van het oponthoud sprak boekdelen. “Die domme toeristen met hun veel te grote mobilhomes… moeten die per se zo’n kleine baantjes nemen?”
We lieten de file achter ons en genoten van een rustig stukje fietsen. We waren bijna in Olden toen de eerste auto’s ons opnieuw voorbijstaken, maar daar lag al een nieuw stukje pret op ons te wachten. Een gigantisch cruiseschip dat onder Italiaanse vlag van Amsterdam naar Noorwegen voer, lag voor anker in het fjord. Honderden mensen verdrongen zich voor de souvenirshops en creëerden op die manier hun “once in a lifetime experience” in Noorwegen.
Voor Stryn moesten we nog Loen door en in de laatste kilometers begon het opnieuw te regenen. Veel kwaad kon het niet, want we hadden voor de zekerheid onze regenkledij de hele namiddag aangehouden.
Met slechts eenenveertig kilometer op de teller kwamen we aan op de camping, maar het waren wel deze zware kilometers die ervoor zorgden dat we die dag op exact 4999 km afklokten. Nog een paar keer trappen de volgende ochtend en we zouden in net geen drie maanden vijfduizend kilometer op ons palmares hebben. Niet slecht voor een eerste fietsvakantie… en we zijn nog niet onmiddellijk van plan terug huiswaarts te keren.
Vijfduizend kilometer, dat moest gevierd worden. Er was een oven op de camping en de twee pizza’s, waar ik nog speciaal voor terug naar de winkel was gefietst, smaakten overheerlijk in de warme eetruimte.
Op yr.no lazen we de weersverwachtingen voor de komende dagen. Waarschuwingen voor extreme regenval met mogelijk aardverschuivingen en vallende rotsblokken tot gevolg werden aangeduid met een rode driehoek met uitroepteken. You gotta love Norwegian summers…