Behalve ontbijt kregen we nog lunch en fruit mee voor onderweg. Wat een gastvrijheid! Wybren en Nicole, we weten dat jullie de blog lezen; nogmaals willen we jullie graag bedanken voor een fantastische ontmoeting. We wensen jullie het allerbeste en van zodra wij ons ergens settelen, zijn jullie uiteraard van harte welkom bij ons.
Rond 9u30 verlieten we Oosterhesselen en gleden de laatste Nederlandse kilometers onder onze wielen weg. Het landschap was neutraal, uitgestrekt en vlak. In Ter Apel zegden we Nederland al na zes dagen vaarwel; een passage die ons vooral door de vele leuke ontmoetingen zal bijblijven.
Net na de grens vonden we om te lunchen een aftands bushokje dat ons beschutte tegen een koude wind. Ik hield het bij kaas en muizenstrontjes op mijn boterhammen, maar Wouter had Tessa’s voorstel - hoewel ze er zelf maar niets aan vindt - om pindakaas met hagelslag te combineren gevolgd. Niet slecht, maar toch niet voor elke dag blijkbaar.
Het landschap in Duitsland veranderde amper. We passeerden enkele kleine gehuchten zonder veel beweging en zelfs geen noemenswaardig centrum. De mensen die we tegenkwamen waren zeer vriendelijk en begroetten ons steevast met ‘moin moin’.
In Börgerwald vonden we gehakt, courgette, wortelen, pasta (en gelukkig ook chocolade). De, nagenoeg lege, camping vijfhonderd meter verder lag perfect op de route, tweeënveertig kilometer voor onze volgende kampeerplaats waar we Jeroen, Stefanie en Sander (twee van Wouters jongere broers en een respectievelijke schoonzus) zouden treffen.