Om 7.15u hadden we al afscheid genomen van Ferenc, maar toen we om 8.30u gepakt en gezakt de oprit wilden afrijden waren we aangenaam verrast dat hij nog even terug over huis was gekomen om ons samen met Gyöngyi uit te zwaaien. Wat een geweldige mensen… we kunnen hen echt niet genoeg bedanken voor alles wat ze voor ons gedaan hebben!
Aan enthousiasme geen gebrek, maar toen het enkele minuten voor vertrek begon te regenen, moesten we toch even slikken. Hadden we in Deel I nog niet genoeg nattigheid over ons heen gekregen? We lieten het echter niet aan ons hart komen en de optimist in ons redeneerde dan maar dat dit meteen een uitstekende gelegenheid was om onze nieuwe Vaude regenjassen (model: Drop III) uit te testen.
Gelukkig waren we het fietsen nog niet verleerd, hoewel we eerlijkheidshalve moeten toegeven dat het stuurwerk in de eerste kilometers toch wat stroever verliep dan verwacht. Het was weer even wennen aan het logge gevaarte dat onze bepakte fiets nu eenmaal is, maar zonder kleerscheuren laveerden we richting platteland.
Ook voor BlijvenTrappen zijn er nog zekerheden. De hele voormiddag fietsten we in de regen door een, stevig heuvelend, grijs en grauw landschap. Het verdict wat betreft onze regenjas was jammer genoeg niet onverdeeld positief. Hoewel we het gevoel hadden dat de jas beter water afstootte, hielden we het niet volledig droog en dit voornamelijk door de condensatie die aan de binnenkant ontstond. Na enkele uren regen zijn conclusies misschien voorbarig, maar zou het dan echt zo zijn dat de combinatie van een waterdichte en ademende jas niet bestaat?
Het regende dan wel, maar dat weerhield ons er niet van om goed door te trappen. We weten niet of het aan de met Isostar gevulde drinkbussen lag (bedankt Korneel), maar toen we ons tegen lunchtijd in een bushokje installeerden, stond er reeds vijftig kilometer op de teller. De broodjes met typisch Hongaarse worst die we in Kaposvar hadden meegekregen waren dan ook meer dan welkom.
Door de overvloedige regenval besloten we om onze route na het middagmaal licht te wijzigen. De kleine zandweggetjes waren herschapen in een grote modderpoel en we kozen ervoor om enkele kilometers om te rijden over geasfalteerde wegen. Die les hadden we tijdens het eerste deel van onze trip wel geleerd. Ook via dit traject aan hoogtemeters geen gebrek en even vreesden we ervoor dat we onszelf hadden overschat. Op de steile klim na Bonyhad kraakten we, maar we braken niet.
Na een kleine acht uur, zevenhonderd hoogtemeters en zesentachtig kilometer, kwamen we rond 16.15u aan in Szalka waar we via CouchSurfing een adresje hadden geregeld. We konden het dus toch nog, wat een opluchting!
Eszter, haar ouders en twee zussen verwelkomden ons met open armen. Meteen werd de houtkachel opgestookt voor warm water voor een deugddoende douche en voor we het wisten zaten we achter een bord dampende soep en smulden we van vers gemaakte ‘dumplings’ met pruimen. Na het eten speelden we nog enkele gezelschapspelletjes, maar al snel merkten we dat de stevige fietsdag zich niet onbetuigd zou laten. Ons gestel had nood aan rust en rond half tien kropen we met een gelukzalige glimlach in bed, klaar voor al het moois wat nog komen zou.