BLIJVEN TRAPPEN
  • Home
  • Blog
  • Foto s
    • België
    • Luxemburg
    • Frankrijk
    • Duitsland
    • Tsjechië
    • Oostenrijk
    • Slovenië
    • Zomerstop (Erasmus-reünie)
    • Italië
    • Kroatië II
    • Bosnië & Herzegovina
    • Kroatië I
    • Montenegro
    • Kosovo
    • Albanië II
    • Griekenland
    • Albanië I
    • Macedonië
    • Bulgarije
    • Roemenië
    • Servië
    • Hongarije, deel 2 (feb - maa)
    • winterstop
    • Hongarije, deel 1 (okt - nov)
    • Slowakije
    • Polen
    • Litouwen
    • Letland
    • Estland
    • Finland
    • Zweden
    • Noorwegen
    • Denemarken
    • Duitsland
    • Nederland
    • Oostkust Engeland
    • Schotland
    • Noord-Ierland
    • Ierland
    • Zuid-Engeland & Wales
    • Avelgem - Deal
    • Voorbereiding
  • Statistieken
  • Route
    • Geplande route
  • Materiaal

12 juni: beverley - gouda

12/6/2015

0 Comments

 
We zouden erover moeten waken dat we er niet aan gewoon werden; weeral konden we op ons gemak de tent opruimen en opbreken, de fietsen schoonspuiten, douchen, ontbijten en vertrekken. Nog slechts twintig kilometer waren we verwijderd van de ferry terminal. 

De hemel kleurde grijs en onze laatste Angelsaksische route was allesbehalve panoramisch. We kwamen al snel in de voorsteden van Hull en drukke wegen leidden ons tot in het oude stadscentrum. Aan de marina (de haven) aten we koffiekoeken als lunch en telden we onze laatste ponden na. Naast ons avondeten zou er nog een pub vanaf moeten kunnen. Omdat we de city hall en Trinity Church al voorbij waren gefietst, was het bovendien geen slecht idee om de resterende tijd te doden in een warme ruimte en van de aanwezige wifi gebruik te maken om de blog te updaten. 

Rond 17u pakten we ons boeltje bijeen en zetten we koers naar de ferry. Onze allerlaatste pounds sterling spendeerden we in Asda voor ons avondeten en via een nieuw aangelegd fietspad reden we vervolgens naadloos de terminal binnen. Net zoals in Calais, Fishguard en Larne kregen we ook hier een adrenalinestoot toen we met ons fietsje de mastodont van een boot inreden.  
Met alle bagage over onze schouders - niet zo evident - zochten we onze weg naar kajuit 8165. Groot kon je het niet noemen, maar op vijf vierkante meter vonden we alles wat we nodig hadden: twee uitklapbare bedden, een tafeltje, een poef, een toilet, een douche en een lavabo. 

Na een Engelse, Nederlandse en Duitse dienstmededeling met veiligheidsvoorschriften hoorden en voelden we de motoren draaien en voeren we de haven uit. Elf uur en een half later zouden we in Rotterdam moeten aankomen. 
0 Comments

11 juni: pocklington - beverley

11/6/2015

0 Comments

 
Het werd zoals verwacht een koude nacht en we waren blij toen al vroeg op de dag de eerste zonnestralen de tent begonnen op te warmen. Met alle dieren in en rond het huis hoeft het niet te verbazen dat onze gastvrouw al vroeg aan de slag was en met een enthousiaste “Morning campers” werden we gewekt en meteen verwittigd dat er bacon in de oven zat voor het ontbijt.
Wederom aangenaam verrast door zoveel gastvrijheid en generositeit schoven we aan de ontbijttafel, maar ze stond erop dat we eerst een douche zouden nemen. Gaynor had, waar weten we niet, tot slot nog de tijd gevonden om een hoefijzer met onze namen te knutselen om ons veel geluk te wensen voor onze verdere trip… wat een formidabele topvrouw!

Fris gewassen genoten we van een zalige bacon sandwich met bbq saus. Heerlijk wakker worden op deze manier, zeker gezien het ontbijt doorspekt werd met geweldige verhalen van de Nicholson family. Om 9u stond haar eerste kapbeurt ingepland, maar het was geen probleem om op het gemak op te breken. 
Met weeral een fantastische herinnering en een pak koekjes, een geprepareerde fles grenadine en een blik bier in onze tassen - en dan weigerden we nog een dozijn andere zaken - vetrokken we na een kort praatje met de vriendelijke broer van haar man in de zon richting Beverley, dertig kilometer verderop. 

De zon was dan wel van de partij, ik kon er niet optimaal van genieten. Hoewel we ons hadden ingesmeerd had de combinatie van zon en wind mij verrast en mijn armen waren de dag ervoor stevig verbrand. `
In lange mouwen fietsten we dan maar door de velden die regelmatig rijkelijk gevuld waren met kleurrijke bloemen. In tegenstelling tot de dag ervoor ging het een stuk meer op en af, maar het kon ons niet deren. We hadden alle tijd van de wereld en babbelden uitgebreid met andere fietsers onderweg. Eerst ontmoetten we Dez (Derrick) en Dick (Richard), twee mannen op pensioen die na een fietstochtje in de voormiddag koers zetten richting pub. We bestookten elkaar met verhalen en kregen een gouden tip voor een pub in het centrum van Beverley. Twee straten verder maakten we kennis met een Amerikaans koppel dat zes maanden zou fietsen door Europa en twee weken geleden vanuit Londen vertrokken was. Ondanks hun mooie plannen en route vonden wij hen echter niet heel enthousiast overkomen.

Perfect rond lunchtijd kwamen we aan op een van de centrale pleintjes in Beverley en aten we onze pistolets op. Al lachend merkten we op dat als we van elke persoon die ons ongegeneerd aanstaarde een pond zouden krijgen, we wel iets vaker op hotel konden gaan. We maakten dan maar van de gelegenheid gebruik om op deze gezellige locatie ook wat mensen te kijken alvorens in de toeristische dienst informatie in te winnen over campings in de buurt. 

Na een rondtoer door het stadje lasten we een stop in bij Nellies, de pub die Dick ons in de voormiddag had aangeraden. Eigenlijk noemde het café The White Horse, maar we zouden het vermoedelijk veel sneller vinden als we naar Nellies vroegen. Een pub waar de tijd - en met £1,8 voor een pint ook de bierprijs - was blijven stilstaan en waar de vele donkere hoekjes en verschillende compartimenten nog steeds werden verlicht met gaslampen. We genoten van een juice en een zeer smakelijke pint of lager aan een tafeltje vlak aan de bar. Jammer genoeg ontdekten we pas bij het naar buitengaan dat er ook een zonnige beer garden was achteraan. 

Een paar kilometer buiten de stad en op weg richting Hull was ons Manor Farm Campsite aangeraden. Gelukkig was het nog relatief vroeg in de namiddag en restte er nog meer dan tijd genoeg om daar van de zon te genieten. We werden ontvangen door de vriendelijke uitbaatster Catherine en toen we vertelden over onze verdere fietsplannen en Katrien informeerde naar een backpackerskorting, werd de initiële vijftien pond per nacht gereduceerd tot tien. Gezien deze mooie korting konden we onszelf dan ook trakteren op een Magnum die voor de luttele prijs van vijftig pence te verkrijgen was. 

Hoewel we de enige gasten waren en we een ruim grasveld voor ons alleen hadden, was het druk op de camping. Dat weekend werd namelijk een grote camp out georganiseerd als fundraising voor de lokale school waar ook de twee schattige dochtertjes naartoe gingen. Heel wat mensen kwamen reeds hun tent opzetten en er werd op en neer gereden om alles in orde te krijgen voor de activiteiten en de bbq. Vanop ons zonnige picknickdeken lieten we ons het entertainment graag welgevallen. 

Na onze gezonde fruitsla van de dag ervoor, smaakte een spaghetti bolognese voortreffelijk. We waren trouwens blij dat we onze inkopen hadden kunnen doen in Tesco aangezien in onze vergelijkende studie over zeven weken in Ierland en het VK de Tesco Wholenut Milk Chocolate van vijfenzeventig pence als winnaar uit de bus was gekomen. Met de aanwezige zon (al had ze op dat uur van de dag al wat aan kracht ingeboet) konden we het risico niet nemen om de chocolade te laten smelten en de lat werd dan maar wijselijk in twee gedeeld. 
0 Comments

10 juni: easingwold - pocklington

10/6/2015

0 Comments

 
Na een heerlijke nacht in een comfortabel bed stonden we te popelen om onze voeten onder tafel te schuiven voor het full English breakfast. We werden niet teleurgesteld en begonnen de dag met een combinatie van toast & jam, sausages, bacon, eggs, mushrooms, tomatoes, hot porridge en passeerden ook nog eens aan het buffet voor muesli met yoghurt en vers fruit. Het was dan misschien geen goedkoop verblijf, maar het minste wat we kunnen zeggen is dat het allemaal dik in orde was en dat we op deze manier de batterijen weer helemaal konden opladen. 

Vermits de familiebezoeken pas op zondag en maandag gepland waren, moesten we ons allerminst haasten. De tickets voor de ferry waren immers geboekt voor vrijdagavond en met nog drie dagen en slechts honderdtwintig kilometer te gaan tot Hull, hadden we een wel zeer comfortabel rittenschema. 

We vulden op het gemak onze fietstassen en na een douche waren we tegen elf uur klaar voor vertrek. Het weer bleef de goede richting uitgaan en in sandalen en onder een stralende zon lieten we Easingwold achter ons. 

Biljartvlak is misschien veel gezegd, maar na wat we gewoon waren van de afgelopen weken was het hier plat fietsen. Al zingend - Frank Sinatra, Axelle Red, Joe Dassin,… passeerden de revue - zagen we, voor we er goed en wel erg in hadden, de Minster van York achter de bomen opduiken.

Het centrum van de stad was zeer de moeite en de grootste middeleeuwse kathedraal van Noord-Europa stak badend in de zon mooi af tegen de helderblauwe hemel. Om nog iets langer van dit bouwwerk - en de krachtige zonnestralen - te kunnen genieten, installeerden we ons in het aanpalende Dean’s Park. We genoten van de eerste echte mooie en warme dag in de UK en verorberden met veel smaak het resterende stuk chocoladetaart van de dag voordien. 

Stapvoets reden we door de rest van het pittoreske stadje, hoewel we The Shambles - volgens Lonely Planet de meest bezochte straat van Europa - met zijn 15e eeuwse Tudorhuizen minder impressionant vonden dan verwacht. 
Relatief snel waren de op de kaart gemarkeerde highlights gepasseerd en aan de rand van het centrum deden we inkopen in Morrissons. Met iets meer plezier als anders nam ik de, nu wel dankbare, taak op mij om in de zon bij de fietsen te blijven. 

Onze beladen fietsen en felgekleurde tassen blijven in het oog springen en terwijl Katrien de benodigdheden bijeenzocht, raakte ik aan de praat met een Amerikaans koppel. Ik was verrast toen de man na een paar zinnen opeens in het Nederlands verder ging. Dale en Marsha Cooper hadden eind de jaren zestig een paar jaar in Nederland gewoond en van de taal was best nog wat blijven hangen. Heel enthousiast gingen zij mee in ons verhaal; Dale had in de States samen met zijn zoon ook al een lange fietsvakantie achter de rug.
Het zijn onder meer deze ontelbare, maar o zo hartverwarmende babbels die onze fietstocht zo’n overdonderend succes maken.

Na York zaten we snel weer in het groen en de voorgenomen kilometers waren snel weggetrapt. Na ons bad en de douche in het George Hotel hadden we niet echt nood aan een camping dus vatten we het plan op om aan een boerderij aan te bellen en te vragen of we onze tent ergens op het land konden opstellen.

Het laatste stuk fietsen was niet het leukste van onze tocht en lange, saaie stukken zorgden ervoor dat we goed uitkeken naar potentiële kampeerplekken waar we kosteloos konden overnachten. Zoals dat meestal gaat, zat Murphy weer achterop. Zo goed als op elke hoek kwamen we een camping tegen. We fietsten dan maar door en nadat Katrien haar hand bijna werd afgebeten - en dan was de hond zelfs nog vriendelijker dan de bazin -, beproefden we een kilometer verder aan een statig huis omgeven door landerijen ons geluk

De hartelijke vrouw des huizes vond het absoluut geen probleem en we kregen een plaatsje in de paardenweide. Drie van de vijf paarden kwamen al snel aandraven om te kijken wie hun nieuwe buren waren, maar het hek tussen de twee weides hielden we voor de zekerheid toch maar gesloten. De tent stond snel op en we begonnen aan ons zomers avondmaal. Een superdeluxe fruitsla met vanilleyoghurt vulde onze magen. 

Niet veel later maakten we verder kennis met de gastvrouw die van alle markten thuis was. We waren blijkbaar beland op de boerderij van grootgrondbezitters die naast 700 acres grond (ca. 280 hectare) ook nog 80.000 (!) eenden in de stallen hadden in volle bezetting. Gaynor had echter haar handen vol aan twee tieners, twee honden, drie katten, vijf paarden, een varken, drie lammetjes die door hun moeder waren verstoten,… Daarnaast was ze parttime kapster, hield ze een mini-hondenhotel open en liet ze haar creativiteit de vrije loop met een combinatie van knutselen en bloemschikken.

We hadden voor het slapengaan een hele hartelijke babbel met moeder en dochter Isobel. Ze maakten snel duidelijk dat we ’s ochtends zeker verder zouden babbelen. De zon die doorheen de dag zo fervent aanwezig was, verdween en het koelde snel af. Voor we het al te koud kregen doken we de slaapzak in. 
0 Comments

9 juni: osmotherley - easingwold

9/6/2015

0 Comments

 
Midden in de nacht maakte Wouter me nogal bruut wakker, op zoek naar de zaklampen. Hij hoorde lawaai in de voortent en was er niet gerust op. Toen hij eindelijk licht had gevonden en hij de deur had opengeritst (met het gaas nog dicht), zag hij een egel - of wie weet - zich te goed doen aan ons afvalzakje. Geen onmiddellijk gevaar dus.

Omdat het eigenlijk een rustdag had moeten worden, deden we ’s morgens op ons gemak - zo kon ik ten minste nog een deeltje van de verloren nachtrust door ons ongewenst bezoek inhalen. Pas tegen 11u stonden we vertrekkensklaar na een zeer pover ontbijt, want ook dat hadden we niet kunnen inslaan. We moesten ons tevreden stellen met een paar koekjes en anderhalve nectarine elk. 

Vanaf de eerste meter was het klimmen. De camping lag namelijk in een put en eens uit dat dalletje steeg de weg met een vrij hoog stijgingspercentage door het bos. Het contrast met het gebrek aan power in onze benen op het einde van de dag ervoor kon niet groter zijn. Het klimmen ging vlot en heel snel zaten we middenin het North York Moors National Park. 

De temperaturen waren aangenaam; niet overdreven warm maar in combinatie met de geleverde inspanningen zeker voldoende om beiden in korte broek en mouwen te fietsen. Om de bergen te passeren waren er drie opties. a) de gemakkelijke en geasfalteerde low road errond, b) de halfverharde semi-low road en c) de extreme high road over de bergen. Optie c had gewonnen en over onverharde paden - en dan bedoelen we niet aangelegd onverhard, maar natuurlijk onverhard met grote keien en uitstekende rotsen - klommen we tot op vierhonderd meter. Op vijftig meter van de top was fietsen niet meer mogelijk en verplichtten losse stenen ons allebei de fiets een tiental meter vooruit te duwen. 

Terug fietsend - want de top bereik je fietsend - kregen we voor het harde werk een navenante beloning. Het zicht was prachtig en uitgestrekt. De heide was jammer genoeg al uitgebloeid en gaf links van ons een dorre indruk, maar rechts zag je een mooie vlakte.

We zetten de tocht verder en bleven even op gelijke hoogte. Nadien, terug op asfalt, verwittigden meerdere verkeersborden voor een helling van 25% over een halve mijl. Wij moesten die gelukkig naar beneden, want die afstand zo stijl is verschrikkelijk lang - zelfs dalend moesten we stevig in de remmen in de haarspeldbochten, waardoor we niet veel snelheid maakten en het even duurde vooraleer we terug normaal konden fietsen. Ik prijsde onszelf verschillende keren gelukkig dat we niet uit de andere richting kwamen. 

In Easingwold zochten we naar slaapmogelijkheden. Onze B&B hadden we nog tegoed, maar opnieuw werden we teleurgesteld. Het hotel was vrij duur en de guesthouses aanbevolen door de toeristische dienst bleken niet langer te bestaan. Uiteindelijk besloten we toch in het George Hotel te overnachten en genoten we met volle teugen van een warm bad, een ruime kamer, een dubbelbed met verse lakens en een degelijke internetverbinding. 
0 Comments

7 juni: seahouses - north shields

8/6/2015

0 Comments

 
De stormwind van de dag ervoor was enigszins geluwd, maar het was vooral de stralend blauwe hemel die ervoor zorgde dat we goed geluimd het vervolg van de Coast and Castles-route aanvatten. 

Wat een verschil met de grauwe dag voordien en toen we merkten dat de wind in het voordeel blies, was het plaatje compleet. Wat een geluk overigens dat we grotendeels in de goede richting fietsten. Aangezien de route op bepaalde momenten goed draaide en keerde, was het duidelijk dat het tegen de wind enorm zwoegen was om vooruit te geraken. 

De fietsroute had zijn naam niet gestolen. Voor iedereen die van mooie, ongerepte zandstranden houdt en er geen problemen mee heeft dat er af en toe een statige burcht, ruïne of kasteel opduikt, is dit een absolute aanrader. Het traject lag overigens bezaaid met kleine, leuke dorpjes die het geheel afmaakten.

Dit stukje oostkust van Engeland was voor ons misschien wel de grootste ontdekking tot nu toe, aangezien we hier absoluut geen verwachting bij hadden. Bovendien fietsten we een heel stuk van de voormiddag op prachtige, onverharde paden wat de beleving alleen maar mooier maakte. Op deze manier hadden wij als fietser toch ook het gevoel dat we buiten de bewoonde wereld op pad waren. De enige keerzijde waren de tientallen hekjes en poortjes die blijkbaar standaard bij het National Cycle Network horen, maar tegelijk de autoloze garantie zijn.

De onverharde paden maakten slachtoffers. Het mooie weer op zondag - hoewel de wind de temperatuur naar beneden trok - lokte heel wat dagjesfietsers naar buiten. Niet minder dan drie van hen stonden langs de kant om een lekke band te vervangen en zonder het hardop te durven zeggen, hoopten we dat onze banden stand zouden houden. Onze gebeden werden verhoord en we bereikten onze lunchplek zonder pech. 

Op een uitgestrekt zandstrand installeerden we ons op de rotsen en genoten beschut tegen de wind van een stokbrood met philladelphia en ham. Het moet er blijkbaar idyllisch en comfortabel hebben uitgezien, getuigt de uitspraak “Life is hard, isn’t it,... but someone’s gotta do it I guess” die we al lachend van een wandelaar kregen toegeroepen. 

In tegenstelling tot de eerder landelijke voormiddag, fietsten we gedurende de namiddag meer door dorpjes en stadjes. Een leuke afwisseling zeker gezien we steeds op mooie fietspaden terecht konden. 

Na een verplichte omweg van negen kilometer in Blythe om de rivier over te steken, kregen we op weg naar Newcastle het ene pareltje na het andere op ons traject. De grillige kliffen, mooie zandstranden, statige boulevards en gezellige restaurantjes en pubs misten hun effect niet. Er heerste een gezellige, uitnodigende drukte in aaneensluitend South Beach, Whitley Bay en Tynemouth alvorens we in North Shields arriveerden. 

Reeds vanaf Whitley Bay keken we uit naar een camping, maar jammer genoeg is ook aan de oostkust de ‘no tent policy’ op veel plaatsen van toepassing. In Tynemouth stonden er wederom meer dan negentig kilometer op de teller toen we van een voorbijganger vernamen dat de laatste voetgangersferry over de Tyne van North naar South Shields vermoedelijk al was uitgevaren. 

Aangezien er geen plekjes waren om onze tent op te zetten en we ondertussen in verstedelijkt gebied waren beland, reden we toch maar tot aan de pier om te constateren dat we op tien minuten na de laatste boot hadden gemist. 

De klok had 18u10 geslagen en de opties waren beperkt. Vlakbij de opstapplaats zagen we een deur openstaan en we gingen tot aan de poort waar een hond ons luid blaffend verwelkomde. Een jonge, hoogzwangere vrouw wist ook niet meteen waar we in de buurt terecht konden. De heuvel op raadde ze stellig af wegens een ongure buurt en van campings had zij geen weet. We mochten ons gerust installeren op de koer voor hun huis, maar onze piketten inslaan op kasseien leek niemand een goed idee. Intussen was haar man erbij komen staan, die in eerste instantie ook geen oplossing leek te weten. 
We stonden net op het punt om verder te fietsen richting de voetgangerstunnel een paar mijl verderop toen de man met een briljant idee kwam. Ze waren het huis naast het hunne aan het renoveren en hij zag er geen graten in dat we daar onze matjes zouden uitrollen. Na een aarzelende, maar goedkeurende knik van de vrouw werden de sleutels erbij gehaald en konden we ons, met een prachtig zicht op de Tyne en volledig beschut tegen de wind, installeren. 

In wat zonder enige twijfel een formidabel huis zal worden, genoten wij van een lekkere pasta met kip, perzik, rozijnen, noten, kerstomaatjes, rucola en roomkaas. Ons flesje Italiaanse wijn smaakte er heerlijk bij en we bedachten ons hoeveel geluk we al hadden gehad zoveel hartelijke, genereuze en fantastische mensen te ontmoetten. 

Op het bovenste, reeds volledig geïsoleerde, verdiep was het zelfs behoorlijk warm en op een boogscheut van de ferry vielen we in ons huis voor een nacht gelukzalig in slaap.
0 Comments

6 juni: rustdag in seahouses

6/6/2015

0 Comments

 
Een fluitende wind en bewegende binnentent hadden ’s nachts een stokje voor een diepe, vaste slaap gestoken. Ook ’s morgens nog voelden we hoe de wind met stevige rukken aan ons tentzeil trok en de soepelheid van de tentstokken op de proef stelde. Spijtig genoeg, zo hoorden we van de campinguitbaatster, zou de wind de hele dag aanhouden. Wellicht hadden enkele van onze buren die info liever een dag eerder gekregen; hun tenten hadden de stormwind niet overleefd en lagen er ineengestort bij, troosteloos wapperend aan de piketten en stormlijnen die nog overeind stonden.

Na een lange, warme douche waagden we het er op om onze tent te verlaten. Onze zware fietstassen zetten we in plaats van in de voortent in onze binnentent en we vertrokken voor lunchtijd naar het centrum van Seahouses een kleine drie kilometer terug. 

Na een broodmaaltijd informeerden we ons in de plaatselijke toeristische dienst naar wifi zodat we onze online blog- en fotoachterstand konden wegwerken. De taverne van het zwembad zou in aanmerking moeten komen en zo kwam het dat we de hele namiddag, beschut tegen de harde wind, in de cafetaria van de Ocean’s Club zaten. 

Met avondeten op zak en een bang hartje keerden we terug naar de camping waar we gelukkig ons huis in een stuk aantroffen.

Zoals vaak ’s avonds, wanneer we helemaal ingeduffeld zijn in onze slaapzakken, speelden we nog een woordspelletje om in slaap te vallen. Ze duren nooit lang en de vermoeidheid wint het telkens van de drang om het spel te winnen. Die avond moest de ene door middel van ja-neevragen raden welke plaats waar we al doorgefietst waren de andere in zijn hoofd had. Na tweeëneenhalve ronde kon zelfs de luide wind ons niet meer wakker houden. Zzzzzzz…
0 Comments

5 juni: kelso - seahouses

5/6/2015

0 Comments

 
“A few sheep” waren plots “a hundred sheep” geworden. Waar ze vandaan kwamen weten we niet, maar ze maakten Wouter veel te vroeg naar zijn goesting wakker met hun geblaat. Niet verwonderlijk dat we al om 7u40 gepakt en gezakt op onze fiets zaten.

De stralende zon hield het spijtig genoeg niet zo lang vol; na vijf kilometer haalde een dik wolkenpak het van de zonnestralen. Gelukkig bleven de temperaturen aangenaam en waren onze fietstruitjes met korte mouwen voor Wouter en lange mouwen voor mezelf voldoende.

Door een uitgestrekte aaneenschakeling van velden en akkers fietsten we zuidoost. Onze geslaagde rondrit in Schotland kwam bij Norham Casle aan zijn eind. Decennialang had deze burcht Engeland beschermd tegen invallen van de Schotten. Vandaag doen de ruïnes voornamelijk dienst als bezienswaardigheid en is de strategische ligging niet meer van belang. 

Fluitend en zingend - we hadden namelijk het idee opgevat om die avond een B&B te nemen - volgden we de Tweed, de natuurlijke grens tussen de Schotten en de Engelsen, tot in Berwick. Eenmaal brachten we nog een bezoekje aan Schotland toen we een voetgangers- en fietserskettingbrug naar de andere kant van de rivier namen.

Hoewel we sinds Edinburgh de Northsea Cycle Route volgden, kwamen we in Berwick-upon-Tweed pas terug aan de Noordzee. Net buiten het stadje, bovenop de niet zo heel hoge kliffen - genoten we van een stokbrood van vierhonderd gram elk (net iets te veel achteraf gezien) met op het ene kaas, ham en lente-uitjes en op het andere Nutella. 

Twee wandelaars creëerden hoge verwachtingen toen ze ons enthousiast vertelden over het onverharde pad dat leidde naar Bamburgh Castle. De verwachtingen werden ingelost: op de kliffen liep het dunne padje door schapen- en koeienweides, met een prachtig zicht op de zee. De zon was er intussen in geslaagd zichzelf terug te laten zien en het was lang geleden dat we van zo’n zomerse temperaturen (lees: twintig graden) hadden kunnen genieten.

Toen het pad ten einde liep en we terug de bewoonde wereld bereikten, maakten we kennis met tandemfietsers Max en Christine. Holy Island, wat normaal op ons traject lag maar waarvan we niet zeker waren of het de extra kilometers waard was, werd ons niet echt warm aanbevolen. Overigens, als we het wilden bezoeken, vertelden ze ons, moesten we er snel bij zijn. Het tij zou er namelijk voor zorgen dat als we te traag fietsten, we zes uur vast zouden zitten op het eiland. De keuze was snel gemaakt en we zouden wat langer van de B&B kunnen genieten. 

Niet veel verder werden we net voor een kruispunt bijgebeend door drie fietsers zonder bepakking. Zij namen de low road naar links en wij kozen voor de high road rechtdoor. We dachten niet dat we ze nog zouden terugzien, maar we hadden hen blijkbaar voorbijgestoken. Toen we ons insmeerden, haalden ze ons namelijk in. Jong-Oud, 1-0. 

Na een blik op de gps stelde ik Wouter voor om deze keer de low road te nemen. Toen ik echter zag dat een van de drie zijn fiets naar boven aan het duwen was, wou ik mezelf bewijzen en haalde de high road het van de gemakkelijke route.

Wij moesten, uiteraard, niet duwen en fietsten de helling zonder problemen op. Mijn lange mouwen moesten er wel aan geloven en belandden achterop mijn tas. De daaropvolgende kilometers zagen we telkens, als een accordeon, de drie fietsers dan weer dichter dan weer verder voor ons uit fietsen, tot we ze op een iets langere klim toch weer inhaalden. Jong-Oud, 2-1.
We besloten wijselijk om onze competitiedrang hierbij achterwege te laten en na een gezellig praatje namen we afscheid. Zij reden door tot Seahouses, wij zouden in Bamburgh eindelijk nog eens in een bed slapen.

In de afdaling naar Bamburgh doemde plots de enorme burcht op. We begrepen ineens waarom Christine had gezegd dat je er een hele dag kon rondwandelen, niet dat we dat van plan waren. We informeerden ons bij twee B&B’s maar vonden honderd pond toch wat overdreven voor een bed en een ontbijt. In het volgende dorpje Seahouses zouden we misschien meer geluk hebben. Vier kilometer verder hadden we evenmin geluk. We kwamen er zelfs niet toe om prijzen op te vragen aangezien aan elk venster een niet mis te verstane “no vacancies” hing.

Dan toch maar een camping. Koken zagen we niet meer zitten en nog een broodmaaltijd, daar hadden we geen zin in. Het werd bar food in een nabijgelegen inn en de zalm en meat pie smaakten heerlijk. Jammer dat de frietjes niet lang genoeg in de frietketel hadden gelegen, maar desalniettemin genoten we ervan om onze voetjes onder tafel te schuiven.
0 Comments

29 april: bath - bristol - swansea - llanelli

1/5/2015

0 Comments

 
We werden ’s morgens vroeg (6u) wakker door het geroep van fazanten. Dat is eens wat anders dan die vervelende wekkers. Aangezien we vroeg in de slaapzak waren gekropen, waren we goed uitgerust en na een gamel stevige muesli, aanschouwden we de donkere regenwolken die kwamen aanwaaien. Dat beloofde niet veel goeds en eens alles was opgebroken, vertrokken we effectief in de regen.

Dat was echter het minste van onze zorgen. Mijn knie had precies minder van de nachtrust genoten dan wij en we begonnen ons stilletjes aan zorgen te maken. We besloten om te proberen, want op die landweg konden we toch niet blijven staan. In mijn achterhoofd rinkelde evenwel de alarmbel. Als ik me zou forceren, zou het waarschijnlijk veel langer aanslepen.

We startten de dag op het mooie fietspad langs de oude spoorwegbedding richting Bristol. Het fietste vlot en de opmerkingen van de vele fietsers die naar hun werk reden deden de pijn even vergeten. “You’re not cycling to work this morning, are you?” of “Are you sure you have everything with you?” kregen we al lachend toegeroepen in het voorbij rijden.

Hoewel de pijn niet ondraaglijk was, besloten we toch maar ergens medisch advies in te winnen. Een dokter was niet meteen te vinden, maar een vriendelijke apotheker en zijn assistente hielpen ons verder. Ik probeerde zo goed en zo kwaad mogelijk uit te leggen waar en wanneer het pijn deed. De apotheker opperde meteen dat het wel eens een kraakbeenletsel tussen twee gewrichten in de knie zou kunnen zijn. Wanneer hij begon over een MRI-scan en een mogelijke operatie, vonden we toch dat hij iets te snel van stapel liep. De gelokaliseerde pijn kwam niet helemaal overeen met wat hij in eerste instantie dacht en we hielden het op een ontsteking die we zouden proberen terug te dringen met een combinatie van paracetamol, ibuprofen en voltaren emulgel.

Bristol was nog een kleine tien kilometer fietsen en we besloten om daar een plan van aanpak op te maken voor het verdere verloop van de dag en week. Aangezien mijn ouders waren vertrokken voor een weekje wandelen in Wales en we in principe op zondag 3 mei een ‘meet and greet’ hadden ingepland, wilden we toch graag dan in Fishguard zijn.

Bristol bleek een aangename stad met vele statige pakhuizen en een gezellig centrum. Hier zou je nu geen week willen doorbrengen, maar om te passeren is het best leuk. In de Subway aan de oude haven bekeken we de opties. We vatten het plan op om de trein te nemen tot Swansea. Op die manier konden we de knie een dag of twee rust geven en de medicatie de kans geven om aan te slaan. We behielden zo tegelijkertijd nog het mooiste stuk van onze fietsroute in Wales, waar we zo naar uitkeken. 

Een kwartier later stonden we aan het prachtige station van Bristol. Op nog geen twee uur konden we met slechts een overstap in Swansea geraken. Jammer dat we ons reisbudget hieraan moesten besteden, maar de gezondheid primeert en we hadden de voorbije dagen al wat kunnen ‘sparen’.
Vriendelijke spoorwegbedienden hielpen ons op weg en overal waren er liften die we konden gebruiken om vlot op de juiste sporen te geraken. Op de trein vielen onze ogen dicht, maar Swansea was het eindstation en we wisten dat de fietsen veilig stonden opgeborgen in een afgesloten ruimte. 

We kunnen niet ontkennen dat we in Swansea zwaar teleurgesteld terug op de fiets kropen. We hadden gehoopt om ons volledige traject fietsend te kunnen afleggen. Het voelde niet goed aan om al na tien dagen een tweetal fietsdagen te schrappen door op de trein te zijn gestapt. Daarnaast stond er een koude zeebries en wanneer het dan nog eens goed begon te regenen, hadden we voor de eerste keer een moeilijk moment. Naast de omstandigheden was het echter vooral de onzekerheid over mijn knie die ervoor zorgde dat onze kopjes even naar beneden gingen.

Wanneer de zon na een tiental minuten al terug door de wolken brak en we opmerkten hoe mooi de kustlijn was, konden we al terug relativeren. Het zou al bij al wel meevallen en anders vonden we wel een oplossing. Deze fantastische trip met op korte tijd al zoveel prachtige ervaringen en herinneringen willen we kost wat kost verderzetten. Als we daarvoor af en toe eens een trein, bus, boot of hotel moeten nemen, zullen we dat zeker doen. 

Een vrij lange, maar gematigd oplopende klim door een prachtig woud bracht ons op een plateau waar er een camping op onze gps-kaart stond gemarkeerd. We kwamen net na sluitingstijd van de receptie aan, maar gelukkig was de deur nog open. “We are very sorry guys, but we don’t accept tents”. We probeerden nog, maar de dame was onvermurwbaar. We vloekten eens goed; dit konden we er vandaag niet meer bijhebben.

De volgende camping was nog een kleine vijftien km trappen. Met de sterke wind en de zwakke knie was dit geen cadeau, maar we hadden geen andere keuze. We waren dan ook heel blij toen we al een paar kilometer verder, naast de cycleway langs een uitloper van de Noordzee, een camping zagen liggen.
De moed zakte ons in de schoenen toen we merkten dat in het Gateway Holiday Park uitsluitend caravans en mobilhomes stonden opgesteld. De eigenaar die zich uitdrukte in een mix van Engels en Welsh was voor ons dan wel amper verstaanbaar, maar hij zag er gelukkig geen graten in dat we onze tent voor twee of drie nachten zouden opslaan op het uitgestrekte grasveld met zicht op de zee.

Het opzetten van de tent vormde het laatste obstakel van de dag. Op het grote grasveld was niet al te veel beschutting en ons huis bestaande uit 3 stokken en een groot zeil leek op een bepaald moment meer op een parachute uit de turnlessen van vroeger. Na een verwoede poging besloten we opnieuw te beginnen helemaal aan de rand, bijna tegen de haag. Hier lukte het wel en wat later fabriceerden we een pasta met pesto, ricotta, spek, kerstomaatjes en rucola… helemaal niet slecht!
0 Comments

28 april: Marlborough - bath

1/5/2015

0 Comments

 
Dankzij de rustdag gisteren was ons ros fietstechnisch weer helemaal in orde met een schoongespoten kader en gesmeerde kettingen. Ook de was konden we kurkdroog terug in onze fietstassen stoppen. Dit hadden we voornamelijk te danken aan de heerlijk verwarmde droogplaats van onze camping, die ze speciaal voor ons hadden opengemaakt.

Het was koud ’s morgens, ijskoud. Het was veruit de koudste morgen tot nu toe en al tijdens het opbreken van de tent en het optuigen van de fietsen, merkten we dat onze dikke handschoenen geen overbodige luxe zouden zijn.

Vermits we een klein stukje van onze route waren afgeweken om op onze slaapplaats te geraken, zat er niets anders op dan via een grote weg de etappe aan te vangen. Jammer genoeg was hier van een fietspad geen sprake. Vrachtwagens die rakelings langs je voorbij razen, er zijn leukere manieren om de dag te beginnen. Na drie en een halve kilometer waren we dan ook blij dat de gps aangaf dat hij onze geplande koers had gevonden.

Route 4 van het National Cycle Network stelde ons wederom niet teleur. Kleine, heuvelachtige wegen waar we ongestoord naast mekaar konden fietsen. Heuvels die - met al onze bagage achterop - een mooie snelheid opleverden in het naar beneden rijden, maar er ook voor zorgden dat we bergop af en toe al naar het kleinste verzet teruggrepen.

Het grootste obstakel van vandaag was echter de felle wind waartegen we moesten opboksen. De koude had namelijk plaatsgemaakt voor een stevige tegenwind die voor het grootse deel van ons traject pal op de neus stond. Het glooiende landschap en de wind zorgden ervoor dat mijn rechterknie stilletjes aan protest begon aan te tekenen. Katrien daarentegen was gelukkig van haar eerdere knieletsel verlost en ondervond geen hinder meer. 

In Devizes pikten we na ons ommetje in heuvelland weer in op het jaagpad naast het kanaal. Ietwat beschut tegen de wind (hoewel) kwamen we na enkele kilometers een straf fenomeen tegen. We spraken al over de kleine sluizen op het kanaal die door de opvarenden manueel moeten worden open- en dichtgedraaid. Aangezien het kanaal hier een serieus hoogteverschil moet overwinnen, staan er op een vijfhonderdtal meter tientallen sluizen achter elkaar.
We vroegen ons natuurlijk af hoe lang het zou duren vooraleer een boot helemaal boven aankomt. Een schipper leerde ons dat je het aantal mijl dat je wil varen moet optellen bij het aantal sluizen dat je passeert. Die som deel je vervolgens door vier en zo krijg je de gemiddelde mph (miles per hour). 
Tot onze grote verwondering zijn er mensen die, naar eigen zeggen voor het plezier, meer dan zes uur tijd uittrekken om zich een weg naar boven te banen. Veel mensen noemen ons zot om met de fiets op pad te gaan, maar dit gaat toch ons petje te boven. 

Ook na het sluizencomplex in Devizes blijven er op het kanaal om de paar honderd meter sluizen opduiken. Gevolg: boot aan de kant leggen, iemand van de boot om de sluis aan de ene kant open te draaien (hard labeur overigens - ik heb zelf een sluis dichtgetrokken voor een schipper die er alleen op uit getrokken was), boot in de sluis varen en de opengedraaide poort opnieuw dichtdraaien, sluis aan de andere kant openen, sluis uitvaren en boot aanmeren, sluis dichtdraaien en verder varen om driehonderd meter verderop exact hetzelfde te doen!

Een ander fenomeen dat ons langs het kanaal opvalt is dat de Engelsen (selectief?) doof zijn voor het gerinkel van een fietsbel. Een maal, twee maal, tot vijf maal toe en er wordt niet gereageerd. Pas als je op enkele meters een krachtige "Excuse us!" uitbrengt, springen de mensen haastig in de kant terwijl ze zich verbazen over het feit waar die fietsers opeens vandaan komen. Toen er dan toch iemand meteen reageerde op onze bel, bleek het een echte gentleman die ons een vriendelijke “Thanks for dinging” nariep.

De route langs het kanaal tot in Bath was wondermooi. De zon en de grote stapelwolken hielpen natuurlijk en zorgden ervoor dat we zelfs de wind vergaten. Met zoveel geluk in de eerste dagen, kon de eerste tegenslag natuurlijk niet lang wegblijven. De lange, onverharde en met steentjes bezaaide paden eisten een eerste slachtoffer. Toen ik het gevoel kreeg dat ik een verende voorvork had, besefte ik dat mijn band stilletjes aan het leeglopen was. We probeerden nog om de band bij te pompen, maar al snel stonden we langs de kant om voor het eerst - en eigenlijk veel te snel naar mijn goesting - een band te vervangen.

We hebben twee reserve binnenbanden mee, dus we moesten gelukkig niet meteen beginnen plakken. Katrien toonde aan dat ze duidelijk veel beter bij de les was tijdens onze fietsherstelcursus en onze oefensessies thuis. Ik beperkte mij tot het uithalen van het voorwiel en liet met veel plezier de leiding over.
We waren wel even bezig; we schatten van stilstand tot vertrek een dik half uur. De oorzaak bleek uiteindelijk niet de steentjes maar een grote doorn die zich in de buitenband had geboord. Een ongeluk komt jammer genoeg nooit alleen. Mijn knie begon steeds meer pijn te doen en we waren blij dat de eindbestemming in zicht kwam.

Na nog enkele praatjes met verwonderde Britten, reden we het mooie Bath binnen. Veel volk, straffe straatmuzikanten, een deugddoende namiddagzon en enkele bezienswaardigheden die zonder twijfel de moeite waard zijn. Op een filmposter zien we zelfs plots Matthias Schoenaerts schitteren. Wat een gevarieerde dag! 

Al een geluk vond onze gps een camping op twee km van de winkel waar we onze inkopen deden en die - nog beter - pal op onze route lag. Helaas was de receptie al gesloten en merkten we een groot bord op dat aangaf dat onder geen beding tenten werden toegelaten. De precies uitgemeten, in beton gegoten, staanplaatsen voor campers leken ons overigens niet erg gezellig. Geen probleem, de volgende camping lag slechts een dikke kilometer verderop.

Op de kaart van de gps ontdekten we een klein padje dat ons er nog sneller zou moeten brengen, maar dit viel dik tegen. Het pad werd steeds steiler en was eigenlijk niet geschikt om te fietsen. Wanneer we zagen dat de camping blijkbaar nog in aanbouw was (of werd gerenoveerd), zaten we even met de handen in het haar. Overige alternatieven lagen namelijk te ver weg om nog naartoe te fietsen.

We sloegen dan maar onze tent op naast een kleine landweg ergens op een heuvel net buiten Bath. We stonden volledig buiten het zicht, stoorden niemand en hadden ons proviand voor de avond al ingeslagen. Dat is dan het voordeel van alles mee te zeulen op de fiets.
Volledig in het groen, met enkel vogels als compagnie, maakten we balletjes in tomatenroomsaus begeleid door een puree met een vleugje parmezaan… heerlijk. Als we tijdens ons diner getuige zijn van een gevecht tussen een uit de kluiten gewassen kraai en een sperwer/havik (?) zijn we eigenlijk wel blij dat we geen camping hadden gevonden. Helemaal een met de natuur en gratis. We lagen jammer genoeg al in onze tent toen we een uil zijn keel hoorden open zetten, maar waren te moe om nog terug naar buiten te kruipen om te kijken of we er een glimp van konden opvangen.
0 Comments

27 april: rustdag in marlborough

27/4/2015

2 Comments

 
We zijn er zeker van dat Jamie in een warmere kamer zal zijn ontwaakt dan wij. De ochtendstond had deze keer niet alleen goud, maar ook nachtvorst in de mond. Even bibberen dus, maar wel een stralende, blauwe hemel.

Vandaag was een rustdag, maar aangezien de tuin een tijdelijke stopplaats was, hadden we geen andere keuze dan de dertig kilometer tot de eerstvolgende camping te vervolledigen. We verlieten het kanaal en merkten meteen het verschil in hoogtemeters. Dat een lichaam dat in beweging is, in beweging wil blijven geldt in ieder geval niet voor een fiets met 25 kilo bagage.

In deze een korte, maar prachtige tocht spotten we ons eerste wildlife! Enkele hazen in een gigantische weide, maar - veel spectaculairder nog - ook een hert dat toen het ons in de gaten kreeg wegsprintte tussen het struikgewas. 

Tegen de middag konden we dan toch aan de huishoudelijke taken beginnen. Ondertussen hebben we een paar uurtjes in een pub te Marlborough vertoefd, zodat we ook met de blog weer helemaal up to date zijn. 

Morgen rijden we verder naar Bath. De grens met Wales komt in zicht!
2 Comments
<<Previous

    Archives

    September 2016
    August 2016
    July 2016
    June 2016
    May 2016
    April 2016
    March 2016
    February 2016
    January 2016
    December 2015
    November 2015
    October 2015
    September 2015
    August 2015
    July 2015
    June 2015
    May 2015
    April 2015
    February 2015

    Categories

    All
    Albanië
    België
    Bosnië & Herzegovina
    Bulgarije
    Denemarken
    Duitsland
    Engeland
    Estland
    Finland
    Frankrijk
    Griekenland
    Hongarije
    Ierland
    Italië
    Kosovo
    Kroatië
    Letland
    Litouwen
    Luxemburg
    Macedonië
    Montenegro
    Nederland
    Noord Ierland
    Noorwegen
    Oostenrijk
    Polen
    Roemenië
    Schotland
    Servië
    Slovenië
    Slowakije
    Tsjechië
    Wales
    Winterstop
    Zomerstop (Erasmus Reünie)
    Zweden

Powered by Create your own unique website with customizable templates.