BLIJVEN TRAPPEN
  • Home
  • Blog
  • Foto s
    • België
    • Luxemburg
    • Frankrijk
    • Duitsland
    • Tsjechië
    • Oostenrijk
    • Slovenië
    • Zomerstop (Erasmus-reünie)
    • Italië
    • Kroatië II
    • Bosnië & Herzegovina
    • Kroatië I
    • Montenegro
    • Kosovo
    • Albanië II
    • Griekenland
    • Albanië I
    • Macedonië
    • Bulgarije
    • Roemenië
    • Servië
    • Hongarije, deel 2 (feb - maa)
    • winterstop
    • Hongarije, deel 1 (okt - nov)
    • Slowakije
    • Polen
    • Litouwen
    • Letland
    • Estland
    • Finland
    • Zweden
    • Noorwegen
    • Denemarken
    • Duitsland
    • Nederland
    • Oostkust Engeland
    • Schotland
    • Noord-Ierland
    • Ierland
    • Zuid-Engeland & Wales
    • Avelgem - Deal
    • Voorbereiding
  • Statistieken
  • Route
    • Geplande route
  • Materiaal

23 mei: collooney - ballinamallard

25/5/2015

4 Comments

 
Als diabeet zijn de ontbijtmogelijkheden voor Jerry beperkt. Hij stond er echter op om ons iets aan te bieden en de thee en toast met boter hebben gesmaakt. Toch was er aan zijn gulheid nog geen einde gekomen. Net voor vertrek dook hij de moestuin in voor een krop sla en een koppel verse lente-uitjes.

Na een hartelijk afscheid en met een uitermate warm gevoel zetten we de laatste rechte lijn in richting grens met Noord-Ierland. Hoewel we nog steeds onder een grijze hemel fietsten, klommen de temperaturen naar een aanvaardbaar niveau en viel er die dag geen regen uit de lucht. Korte fietsbroek dus en de regenjassen en windstoppers werden naar de achtertassen verwezen. 

Toen de aanduidingen van de fietsroutes van het National Cycle Network meer en meer in het straatbeeld opdoken, wisten we dat we weldra afscheid zouden nemen van Ierland. 
We bedachten ons net op tijd dat de laatste vijf postkaartjes waarvoor we al Ierse postzegels hadden gekocht nu dringend moesten worden geschreven en na een langgerekte afscheidslunch aan de tourist information van Blacklion konden ook deze op de bus. Na een fantastische rondtrip van bijna drie weken was het tijd voor een nieuw hoofdstuk. 

We vroegen ons af of de Noord-Ieren fel zouden verschillen van hun zuiderburen, maar dat bleek op het eerste zicht nog wel mee te vallen. Ook het landschap veranderde niet drastisch eens we de grens waren gepasseerd - opvallend onopvallend overigens - en van een schokeffect was dan ook geen sprake. 

Hoewel… bij het binnenrijden van Enniskillen, de eerste stad na de grens, bemerkten we een groot sportveld vol in kilt gekleden mannen, vrouwen en kinderen. Wij dachten dat de kilt Schots was, maar blijkbaar halen ook Noord-Ieren dit kledingstuk regelmatig uit de kast. Bij voorkeur als zij met hun muziekgroep deelnemen aan een groot kampioenschap voor de beste doedelzak- en trommelgroep van hun County. Een sfeervol gebeuren, zoveel was zeker. 
Wel bizar dat we tussen honderden in kilt uitgedoste Noord-Ieren zelf nog het meest bekijks hadden. Zelfs de plaatselijke fotograaf stond erop om een foto te nemen toen we aan een groep hadden gevraagd of we met hen even op de foto mochten. 

Net buiten Eniskillen zaten onze vooropgestelde tachtig kilometer erop en we besloten ergens een plekje te zoeken om onze tent op te zetten. Campings lagen niet in de buurt van de route dus we moesten onze charme maar weer bovenhalen. Bij het eerste huis waar we stopten was er jammer genoeg geen tuin en dus geen plaats voor een tent, maar werden wel onze waterflessen gevuld. Even later kregen we onze eerste echte ‘nee’. Vriendelijk, maar kordaat, werden we verwezen naar een boerderij iets verderop. Geen probleem, het was nog niet laat op de avond en we hadden nog wel wat reserve. 

Na enkele huizen waar niemand thuis gaf, belden we aan bij Françoise. Heel even twijfel, maar uiteindelijk gaf ze groen licht om onze tent in de voortuin op te stellen. Haar naam en accent deden ons al snel vermoeden dat zij geen Noord-Ierse was. Françoise bleek een Bretoense die met haar man Yann 37 jaar geleden naar Ierland was verhuisd. Na vier weken uitsluitend Engels, switchten we naar het Frans. Niet evident, mais bon… on s’est débrouillé. 
Na een korte babbel, zetten we onze tent op in de regen. Niets is minder leuk, maar ondertussen zijn we in die mate geroutineerd en op mekaar ingespeeld dat we na een kleine tien minuten alle tassen droog konden wegzetten. Nadien begint telkens iemand aan het avondeten, terwijl de andere het slaapvertrek in orde brengt. 

Na een stevige portie spaghetti met verse champignons, aubergine, paprika en lekker rundergehakt viel ik al om acht uur als een blok in slaap. Een klein half uurtje later hoorde ik Katrien babbelen met de vrouw des huizes. Zij en Yann nodigden ons uit voor un ver de vin à l’intérieur en om nader kennis te maken.
Wat een toeval dat we na drie weken Ierland eindelijk nog eens een flesje wijn - want opnieuw betaalbaarder - hadden gekocht (Bordeaux) en we net op die dag belandden bij een Frans koppel dat ons een glas lekkere Franse wijn aanbood. We babbelden honderduit over onze avonturen, over hoe Yann en Françoise in (Noord-)Ierland belandden et de la pluie et du beau temps. En het is net de regen die voor ons nog iets in petto had die avond. Net toen we onze tent terug wilden opzoeken, kwam de kat terug binnen van een kleine excursie. Helemaal uitgeregend nestelde ze zich in de zetel en Francoise vond het niet kunnen dat we in dat weer terug onze tent in moesten, dus bood ze ons de logeerkamer aan. 

We konden het zelf haast niet geloven. Twee nachten op rij in een dubbel bed, zonder de wind die over de tent raast en de regen die het tentzeil bespeelt als de betere trommelaar op het festival die namiddag. We geven altijd aan dat we de mensen niet tot last willen zijn, maar gaan toch dankbaar op hun aanbod in. Niet om acht uur, maar na een uitgesponnen en gezellige babbel, vallen uiteindelijk om kwart voor een de ogen definitief dicht. 
4 Comments

22 mei: Westport - collooney

25/5/2015

0 Comments

 
Het vertrek uit Westport deed erg on-Iers aan. Langs een mooi fietspad reden we zowaar op een onverharde weg door het groen de stad uit. 

Omdat we het eens over een andere boeg wilden gooien, hadden we een gezonde snack voorzien. Geen koekjes of snoepjes, maar een glanzende appel. Na een flinke hap hadden we toch heimwee naar de koekjes. Onder de rode schil ging een bruine, rotte appel schuil waarvan we niet bepaald vrolijk werden. 

Langs de Great Western Greenway vervolgden we onze weg. Kleine, glooiende wegen brachten ons in de regen tot in Castlebar waar we proviand insloegen. Om onze gezonde flater goed te maken, trakteerden we onszelf toch maar op een triple chocolate cookie.

Onze laatste volledige fietsdag in Ierland liep grotendeels over de Plains of Mayo. Je zou verwachten dat het traject dan ook vlak was, maar niets was minder waar. De glooiing zorgde wel voor een mooi landschap, zonder spectaculair te zijn. 

De combinatie van onze getrainde benen, kalme wegen en een gunstige wind zorgde ervoor dat we tegen lunchtijd bijna zestig kilometer hadden gefietst. 
Rond 15.40 stonden er 92 kilometer op de teller en besloten we onze benen wat rust te gunnen. We wilden immers niet dezelfde fout maken als in het begin van ons avontuur. Een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen, we besloten niet verder te fietsen en zo overbelasting door teveel afstand af te leggen op een dag te vermijden. Het alternatief, een glas Bulmers - Irish Cider - voor Katrien en een grote pint voor mij. 

Aan de toog geraakten we aan de praat met een van de stamgasten. Jerry, een kloeke 73-jarige, woonde op nog geen mile van de pub en stelde prompt voor om onze tent bij hem op te slaan. Voor ons was dat natuurlijk interessant, zeker aangezien het voorstel werd bezegeld met een traktatie van zijn kant. 

In zijn jeep reed de truck driver op rust ons voor. Net toen we dachten dat de dag niet meer beter kon, trok hij het eerdere voorstel in en gaf hij ons een upgrade naar de double bedroom ensuite. Een warme douche, een dubbel bed met verse lakens, een uitgeruste keuken ter onzer beschikking en een gezellige babbel met een sympathieke Ier. Geweldig!

Terwijl de tent aan de wasdraad hing te drogen, kookten we een heerlijke pasta met kip, broccoli en een kaasroomsaus en luisterden met gespitste oren naar Jerry’s levensverhaal. Slechts vier van zijn tien (!) kinderen wonen nog in Ierland. De rest is uitgezwermd over de hele wereld, waardoor hij op reis moet naar o.a. Australië, Nieuw-Zeeland en Amerika, wil hij zijn 32 kleinkinderen zien.

Zoveel gastvrijheid hadden we op onze laatste avond in Ierland niet verwacht en we beloonden Jerry dan ook graag met een Guinness. De cocktail van +90 km en enkele pints deden ons nog meer verlangen naar het dubbel bed en moe, maar meer als voldaan vielen we rond 23u als een blok in slaap. 
0 Comments

21 mei: Rustdag in westport

25/5/2015

2 Comments

 
Omdat het de dag ervoor zo’n zonnige namiddag was, hadden we gehoopt op onze rustdag eveneens van een warme meidag te kunnen genieten. Helaas, de weergoden beslisten er anders over. Na wat te hebben uitgeslapen (ik toch, want Wouter zat om 6u45 al aan de blog van 20 mei te werken), namen we ontbijt en besloten we Westport in te trekken.

Door het park rond onze camping wandelden we richting town center en in de motregen kwamen onze regenjassen goed van pas. We kuierden wat door het kleine stadje met leuke winkeltjes en gezellig pubs, deden inkopen voor lunch, avondeten en ontbijt en vonden het een goed idee om op te warmen in een van de bars op het centrale plein over een warme choco en een pint of Carling.

Aangezien onze blog al was bijgewerkt en we onze fietsbroeken ’s morgens aan de lijn hadden laten wapperen, konden we in de pub in alle rust de route van de volgende dagen bekijken. Goed voor onze benen, minder voor onze teint, maar onder de grijze hemel hadden we buiten ook niet veel kleur gekregen.

Terug op de camping voelden we dat het zeem van onze fietsbroeken verre van kurkdroog was. De bomen waaronder ze hingen, hadden duidelijk onvoldoende beschutting geboden tegen de regen.
We bereidden een varkensmedaillon in mosterdroomsaus met champignons en paprika - de mosterd in een zakje hadden we subtiel uit de pub meegenomen. Lekker! Piet en Jeroen zouden trots op ons zijn.

Dankzij de degelijke internetverbinding kon Wouter later die avond Peter Vandenbempt live verslag horen uitbrengen van de titelstrijd in Gent. Jammer genoeg kon Peter niet op tegen het surround system van onze buren. In hun gigantische familietent hadden zij blijkbaar ook plaats voor een home cinema en daar kon de hele camping van meegenieten. 
2 Comments

20 mei: casla - westport

21/5/2015

0 Comments

 
“Des nuages noirs qui viennent du nord colorent la terre. Les lacs, les rivières c’est le décor du Connemara”.
Michel Sardou had het niet beter kunnen beschrijven. Na jarenlang op ettelijke trouwfeesten uitbundig te zwieren met alles wat daarvoor in aanmerking kwam, weten we eindelijk waar Michel zijn inspiratie haalde voor dit opzwepende nummer. 

Reeds om 8.20u waren we op pad voor een fietstocht dwars door deze streek.“C’est pour les vivants un peu d’enfer, le Connemara”. Met de snoeiharde wind die over het onherbergzame landschap raast, begrijpen we dat het niet altijd de meest aangename plek moet zijn om te wonen, maar om door te fietsen was het geweldig. Honderden kleine en grote meren, rivieren, bergen en de voortdurende ‘va et vient’ van wolken en zon die voor een schitterend schaduwspel zorgden… wij waren en zijn alvast fan!

We hadden voor een keer de mogelijkheid om de grotere doorgangswegen te vermijden en maakten daar dan ook gretig gebruik van. Kleine wegen die we enkel deelden met schapen brachten ons aan de voet van het Connemara National Park. 
Dit staat naast de Gap of Dunloe en the Cliffs of Moher zonder twijfel in onze voorlopige top drie van mooiste plekken op onze trip. We begrijpen waarom dit stukje Ierland wordt beschreven als een paradijs voor wandelaars en waren zelfs een tikkeltje jaloers aangezien zij echt de bergen kunnen intrekken. We zouden onze twee fietsen echter voor geen geld van de wereld weer willen inruilen en dat besef groeit alleen maar als we in dalende lijn langs het prachtige Lough Inagh glijden.

Elk voordeel heeft zijn nadeel en gezien de rustige wegen en het dunbevolkte landschap, kruisten we in de voormiddag geen enkel dorp en bijgevolg ook geen winkel om proviand in te slaan. Wat een geluk dat we nog een stevige homp brood en wat beleg over hadden van de vorige dag. Met reeds vijfenveertig kilometer in de benen hadden we op het middaguur immers grote honger. 

Het landschap bleef ook in de namiddag oogstrelend en daar veranderde de nationale weg die we moesten nemen helemaal niets aan. We hadden al geleerd dat we niet teveel mochten afgaan op de L, R of N voor de cijfers van de wegen. Ondanks de code N59 was dit een heerlijke weg om te fietsen. Iets meer wagens en iets minder schapen dan in de voormiddag, maar dit stoorde onze beleving absoluut niet. 

Onbewust hadden we onze route blijkbaar uitgestippeld langs Killary Harbour, Ierlands enige echte fjord. Dit natuurfenomeen strekt zich uit over zestien kilometer van de Atlantische Oceaan tot Aasleagh en vormt de grens tussen county Galway en county Mayo.
Langs de flanken van de fjord kwamen we terecht in de ‘Post An Ras’, een achtdaagse rittenkoers die een grote lus maakt door Ierland. De voorbije dag hadden we al de opbouw van een aankomstlijn gezien, maar dit zag er eerder uit als een lokale kermiskoers. Toen we na links en rechts wat signalisatie in de voormiddag enkele kilometers na de lunch waterdragers langs de kant zagen staan, begon het te dagen dat we vermoedelijk op het parcours zaten en dat de koers waarschijnlijk niet zo ver achter ons zat. Een tiental minuten later werden we langs de kant gezet en zoefde de kopgroep voorbij. Zij waren een stuk vroeger in Westport -eindbestemming die dag voor zowel het Post An Ras- als het Blijven Trappenpeloton - gearriveerd, maar we zijn ervan overtuigd dat ze minder van het landschap hebben genoten.

Over het weer mochten we die dag niet klagen, maar de Ieren waarmee we een praatje sloegen, bleven zich excuseren voor de erbarmelijke weersomstandigheden. Een vriendelijke garagehouder zwoer ons dat dit de slechtste meimaand was sinds mensenheugenis. En dan te bedenken dat hij in April elke dag had kunnen bbq’en. We waren beter een maand vroeger vertrokken. Maar goed, wij vinden het al bij al wel meevallen, hoewel het voor de tijd van het jaar inderdaad wel wat warmer zou mogen zijn en dat een terrasje in volle zon ook wel eens deugd zou doen. 
De garagehouder gaf ons, naast het levensverhaal van een van zijn acht kinderen, ook nog mee dat Westport volgens The Irish Times was verkozen tot beste plek om te wonen in Ierland. Geen slechte locatie dus om met een rustdag voor de deur ons tentenkamp voor twee nachten op te slaan.

Op het domein van Westport House lag naast een groot adventure en outdoor park ook een camping verscholen en na een kleine negentig kilometer trappen waren we blij dat we in de zon konden neerploffen. Jammer dat we voor de winkel nog serieus moesten klimmen naar het centrum, maar de gestoofde appeltjes met black pudding (zwarte pens) en nieuwe aardappeltjes  waren de trip waard. 
0 Comments

19 mei: Galway - casla

21/5/2015

0 Comments

 
Onze dag begon gelijkaardig aan de vorige. De wind en regen hadden ervoor gezorgd dat we op regelmatige tijdstippen eens wakker werden ’s nachts en we waren blij dat we ons ontbijt in het eetzaaltje van de camping konden nuttigen. Dit maal stond er aardbeienyoghurt op het menu, verandering van spijs doet eten!

De yoghurt was vanuit Kinvarra tot in Galway (Salthill) geraakt zonder lekken. Op twee meter van de eetplaats slaagde ik er toch nog in om hem uit mijn helm aan het stuur te laten donderen, maar gelukkig was de schade beperkt en verloren we maar een hapje.

De dag ervoor hadden we niet kunnen beslissen welke route te nemen. De opties waren niet overtuigend interessant: a) fietsen richting Clifden langs de kust over een regionale weg - dit was de route die we oorspronkelijk in gedachten hadden, b) fietsen richting Clifden door het binnenland over een nationale weg of c) Clifden, en dus ook de Connemara, links laten liggen en deels over een nationale, deels over een regionale weg noordwaarts fietsen. Een bezoek aan Galway stond eerst op het programma, dus we konden de definitieve beslissing nog even uitstellen.

We hadden onze voorbereidingen in de gps gezet en die zou ons leiden langs enkele highlights van de universiteitsstad. Bij de eerste bezienswaardigheid ging het al mis. De volledige campus, waaronder het monumentale hoofdgebouw, was hermetisch afgesloten door tientallen in fluo geklede mannen van de Garda. Blijkbaar kwam Prince Charles die namiddag langs en mochten enkel genodigden het terrein betreden. Aangezien we geen invitatie hadden ontvangen van Camilla en Charles, wilden we niet wachten op the royal visit en zetten we koers via de kathedraal naar de Spaanse poort.

Over Galway kunnen we verder bondig zijn. Voor de vele bezienswaardigheden moet je er niet speciaal voor om rijden, maar het is wel een gezellig stadje met een leuke atmosfeer en veel winkels. De rivier die krachtig door de stad stroomt, geeft extra cachet. 

Uiteindelijk was de beslissing gevallen om bij ons initieel plan te blijven en langs Galway Bay richting Clifden te fietsen. Het uitzicht was, dankzij de zon die af en toe lang genoeg doorbrak, zeker de moeite. We zagen de andere kant van de baai, langs dewelke we de dag ervoor waren gefietst. De wind was jammer genoeg niet van richting veranderd. Aangezien het in the Burren wind mee was, kon het niet anders dan dat het deze dag zwoegen zou worden. Ondanks onze krachtige, vastberaden pedaalslag, gaf de kilometerteller slechts 11 à 12 kmph aan.

De weg was drukker dan we hadden gehoopt, maar we vonden wel een toplocatie voor onze picknick. Op het keienstrand, achter een stenen muur, installeerden we ons uit de wind met zicht op de baai. Met de zon op ons gezicht smulden we van grote plakken zelf gesneden brood belegd met brie en Italiaanse, pikante salami. Typisch Iers!

Wouter overwoog om een duik in de Atlantische Oceaan te maken. Als hij dan niet van de gelegenheid gebruik maakte, zou hij mogelijk moeten wachten tot we in Spanje zijn volgend jaar. We smeerden ons in en net toen hij zijn zwembroek erbij wou nemen, begon het te druppelen. Je insmeren in de regen gebeurt waarschijnlijk ook enkel hier. De laatste opties voor zijn Atlantische plons waren enkel nog in Clifden, Newport en Sligo. Duimen voor goed weer dus! 

Met de Aran Islands aan onze linkerkant, maakten we een bocht naar rechts en zagen we de Twelve Bens, het uithangbord van de Connemara Mountains, voor ons opdoemen. Verkeers- en andere informatieborden zijn in deze streek overwegend in het Iers. Gelukkig heeft onze gps daar geen last van. 

De wind nam aan kracht toe (of zo leek het toch) en in het dorpje Casla vonden we dat we een warme choco en een pint hadden verdiend. Jammer dat ze de chocomelk op basis van water serveerden, met een kannetje melk ernaast. Dat principe heb ik nooit begrepen.

Stiekem hoopten we dat een van de stamgasten ons een lift naar Clifden zou aanbieden, maar aangezien ze allen aan de whiskey zaten was dat toch niet echt een optie geweest. We kropen ons zadel weer op en probeerden zo goed en zo kwaad als het kon weerstand te bieden aan de wind. Bij elke camionette of auto met aanhangwagen die ons voorbijstak, dachten we dat onze fietsen, bagage en wijzelf daar toch eigenlijk best wel hadden bijgekund. 

Rond 17u en met slechts vijfenvijftig kilometer (incl. citytrip in Galway) op de teller passeerden we het laatste huis voor niemandsland. Met onze succesratio van bijna honderd procent, waagden we onze kans en vroegen we of we in de tuin konden kamperen. Geen enkel probleem! We moesten er niet veel woorden aan vuil maken of de eigenaar had al drie keer gezegd dat we in zijn ‘lawn’ onze tent konden opzetten.

Ik blies de matjes op, legde de slaapzakken en liners klaar en Wouter zorgde ervoor dat de pasta al dente werd gekookt. Met de spekjes, paprika en tomatensaus werd dit een lekker gerechtje. De dag erop zou het vroeg dag worden - in een tuin blijf je nooit lang - en hoopten we Clifden te bereiken met de wind in de rug. 
0 Comments

18 mei: doolin - galway

18/5/2015

0 Comments

 
Net voor het slapengaan, toen we van het warme hostel door de regen onze tent invluchtten, merkte Katrien een plas water op aan de voortent. Gezien de enorme hoeveelheden water die al uit de lucht waren gevallen en de niet erg positieve voorspellingen voor de nacht, gingen we met een bang hartje slapen. Het laatste waar we zin in hadden, was ’s nachts wakker worden in een zwembad. 
We lagen nog maar net in onze oranje slaapcoconnen toen de wind de binnentent alle kanten uit liet gaan. Katrien had nochtans de stormlijnen extra aangetrokken. Hopelijk doorstond onze tent ook deze test. 

We hebben de nacht uiteindelijk zonder kleerscheuren overleefd, maar waren toch blij dat we ’s ochtends gebruik konden maken van de gemeenschappelijk ruimte van het hostel. Omdat we op onze rustdag reeds dertig van de voorziene volgende tachtig kilometer hadden gefietst, deden we het rustig aan en vertrokken we uiteindelijk pas rond een uur of 11. 

Met meer dan 90% kans op regen op elk uur van de dag, besloten we te vertrekken in onze regenkledij. Niet aangenaam wanneer de zon doorbrak, maar wel gewapend tegen de frequente ‘showers'. 

We lieten de kustlijn onze route bepalen en dat bleek een geslaagde keuze. Het unieke rotslandschap in het Burren National Park hadden we niet verwacht zo kort na de kliffen van Moher. De route bleek ook gekend bij de touroperators. Op het traject van een tiental kilometer kruisten zeker acht ‘Paddywagons’ ons pad. Deze groene monsters (google image gerust eens), volgestouwd met aan het raam gekluisterde fototoestellen, waren echter niet de reden dat ik plots in vloeken uitbarstte. Terwijl ik mij aan de kant gezet had om het mooie landschap te fotograferen, reed een tegenligger tegen hoge snelheid door een enorme plas vuil water. Van onder tot boven, inclusief mijn brillenglazen, kon ik de route verder zetten in luipaardprint. 

Dit akkefietje buiten beschouwing gelaten, leverde het ons alvast een bijzonder geslaagde fietsvoormiddag op en met heel wat mooie foto’s en herinneringen stopten we in Ballyvaughan voor de lunch. Net op tijd konden we in de lokale Spar schuilen voor een enorme plensbui en de drie barkrukken aan het winkelraam leken speciaal klaargezet om onze net aangekochte pistolets te verorberen. 

De wind die ons ’s nachts nog had wakker gehouden blies na het middageten in de goede richting. We vorderden een stuk vlotter dan verwacht en onze geplande eindbestemming in Kinvarra hadden we rond 15 uur al bereikt. Galway, een vijfendertig kilometer verderop, bleek opeens wel haalbaar. Omdat Kinvarra geen campings had in de nabije omtrek en we wisten dat er normaal gezien wel een was in Galway was het een evidente beslissing om door te reizen. 

We kruisten een koppel andere vakantiefietsers en wat later drie vrienden met bepakte fietsen, maar niemand had zin of tijd om een praatje te slaan. De regenbuien die elkaar steeds sneller opvolgden en de drukke baan kunnen daar wel voor iets tussen zitten.

Om aan het kampeerterrein te komen, moesten we Galway door. Wegenwerken veroorzaakten wat hinder en erg veel van het stadscentrum zagen we nog niet omdat we in onze regenjassen wegkropen. Uiteindelijk bereikten we de camping die we voor ogen hadden, met een mooi zicht op Galway Bay. Voor €20 exclusief douche en warm water om af te wassen konden we hier onze tent opslaan. 

Terwijl ik onze woonst slaapklaar maakte, nam Katrien de voorbereidingen voor het avondeten voor haar rekening. Op het menu: een schotel met patatjes, gehakt, prei, ajuin en cheddar. Het heeft in ieder geval heerlijk gesmaakt en met de resterende chocolate chip cookies  als dessert konden we spreken van een geslaagd diner. 

Als afsluiter namen we de route voor de volgende dag door en pasten die zodanig aan dat we in de voormiddag het centrum van Galway nog konden bezichtigen. 
0 Comments

17 mei: miltown malbay - doolin

17/5/2015

0 Comments

 
We wilden deze week graag ons ritme aanhouden van drie fietsdagen, rustdag, twee fietsdagen en een rustdag. Uit het vorige verslag bleek reeds dat de camping niet echt voldeed aan onze verwachtingen en we besloten dan toch maar om een kleine dertig kilometer verder te fietsen tot Doolin. Onderweg konden we een stop inlassen aan de kliffen van Moher, een van de toeristische hoogtepunten in Ierland.

Langs de Atlantische oceaan fietsten we op een aangename baan vlot de eerste kilometers weg. Wat een indrukwekkende en levendige massa water trouwens. In niets te vergelijken met de kust in België. Niet verwonderlijk dat er, ondanks het frisse weer, ook op een zondagmorgen al heel wat surfers in het water zaten. 

The cliffs of Moher duiken vanop een tweehonderd meter hoogte de oceaan in. We wisten dus dat er nog een klimmetje zou volgen. De klim bleef echter lang uit en het laatste stuk tot aan het visitor center was steil omhoog. Niets wat wij niet aankunnen tegenwoordig. 

Een behulpzame medewerker toonde ons een plek waar we onze fietsen veilig konden stallen. Op die manier konden we rustig onze tijd nemen om ten volle te genieten van dit prachtige stuk kustlijn.
Van aan het visitor center is het nog een stukje te voet omhoog, en dan zie je waarom dit Ierlands meest bezochte natuurlijke bezienswaardigheid is. Majestueus staan de rotsen loodrecht in het water. De golven slaan er met een brute kracht tegenaan en meeuwen en andere zeevogels cirkelen boven hun territorium.
We wandelden twee kilometer noordelijk over het wandelpad - op eigen risico van zodra je buiten het domein van het bezoekerscentrum gaat - en zagen het Ierse Etretat in al haar pracht en praal.
Met een klein beetje waaghalzerij maar uiterst voorzichtig, in tegenstelling tot sommige overijverige en roekeloze toeristen, konden ook wij enkele mooie plaatjes schieten. Tijdens het terugwandelen ontdekten we tegen de steile randen nog een volledige kolonie zeekoeten op de koop toe. 

We boden het hoofd aan enkele felle windstoten en zetten ten slotte de laatste dalende fietskilometers in naar Doolin waar we zouden overnachten. Onze camping bevond zich in de tuin van een hostel waarvan we alle faciliteiten zonder meerprijs konden gebruiken, zelfs de wasmachine en droogkasten. Geweldig!

Terwijl ik de was dirigeerde, ging Wouter naar de winkel. Drie kilometer bergop zou een klein supermarktje aan een tankstation moeten zijn. Toen hij uitgeregend terug in het hostel aankwam, had hij twee pizza’s bij (want veel meer was er niet te vinden) en had hij nog vijf eurocent moeten afdingen omdat er niet met de kaart kon worden betaald en er in de verre omgeving geen ATM te bespeuren was.
Gelukkig stond er in de frigo op de ‘free food shelf’ een gratis biertje van vorige gasten dat Wouter met veel plezier opdronk.
0 Comments

16 mei: tralee - miltown malbay

17/5/2015

0 Comments

 
Het beloofde een mooie fietsdag te worden. Een stuk van onze route stippelden we namelijk uit via the Great Southern Trail, een kleine dertig kilometer van Tralee naar Listowel. Het zou een verademing zijn na de voorbije dagen op iets drukkere wegen. Hoewel we niet kunnen klagen over extreem verkeer, autoluw tot autoloos is nog altijd beter dan een regionale of nationale weg met ‘rustig’ doorgaand verkeer.

We kwamen van een kale reis terug. Twee voorbijgangers vertelden ons dat de oude spoorweg al vijftien jaar overwoekerd is en doodloopt. Zonder gps-route probeerden we dan maar aan de hand van het kleine schermpje tot in Tarbert te fietsen. Daar moesten we een kleine ferry nemen tot in Killimer. Het werden meer en drukkere kilometers, maar we lezen onze gps al goed en we slaagden erin om via ietwat rustige wegen onze eerste bestemming van de dag feilloos te bereiken. 

Op een bepaald moment werden we voorbijgestoken door een fietser op leeftijd. Hij sloeg een praatje met ons - vooral met Wouter -, maar had het moeilijk om zijn tempo aan het onze aan te passen. Onlangs was hij ook in Wales geweest en hij beaamde onze mening dat de Ierse bergen een stuk aangenamer zijn: iets langer, maar zeker en vast minder steil. Het lag dus niet alleen aan ons!

Rond 13u15 bevonden we ons op acht kilometer van Tarbert. We wisten niet hoe heuvelachtig die acht kilometer zouden zijn, dus leek het ons aangewezen alvast iets te eten. Toen we veertig minuten later aan de ferry aankwamen, zagen we in dat we beter hadden gewacht. De eerstvolgende overzet was namelijk pas een dik half uur later.

In Killimer vervolgden we ons traject. We wisselden de regionale wegen in voor lokale en onze kuiten voelden het verschil. De stijgingspercentages schoten de hoogte in en het ging voortdurend op en af. Toen we opnieuw een regionale weg kruisten, besloten we deze wijselijk te volgen in plaats van onze geplande route. 

Een paar kilometer voor Miltown Malbay verschenen de eerste gemarkeerde campings op onze gps. We zagen ze al van ver blinken: trailerpark na trailerpark na trailerpark. De kust in Blankenberge wordt dan misschien verstoord door een massa aan grijze appartementsgebouwen, maar dit vonden wij in ieder geval ook maar niets. Omdat er geen voorzieningen waren voor tenten, konden we niet anders dan verder fietsen. 
In een hotel staken we ons licht op; een drietal kilometer verder zou een échte camping zijn. Op goed geluk volgden we de ingewonnen instructies en kwamen we inderdaad aan bij een trailerpark dat ook een stukje gras had. De eigenaar liet ons echter verstaan dat er geen warm water was, maar dat twee kilometer verder een andere camping was waar dat wellicht wel het geval zou zijn. 
Opnieuw gezadeld zetten we de laatste loodjes van de dag in (we hadden ondertussen weeral negentig kilometer in de benen).

Het grote bord “Touring, Caravan & Camping” zag er veelbelovend uit, maar het domein was die naam allesbehalve waardig. Het grasveldje had een stijgingspercentage zoals dat van de lokale baantjes die we eerder hadden gefietst en de sanitaire voorzieningen waren zeer pover: een toilet en een douche in dezelfde vierkante meter.
€17 vroeg de uitbater. Voor die prijs krijgen we anders een keuken, wifi, een plat terrein, aparte toiletten en douchesvoor mannen en vrouwen, een verwarmde gemeenschappelijke ruimte,… Uiteindelijk kwamen we €15 overeen. 
Wouter nam nog snel een kijkje in het sanitaire kot. “€3 voor een douche?”, hoorde ik hem roepen. Ik had al geen zin meer om er te blijven. De man zei dat het prijskaartje er enkel hing voor het drukke seizoen, hij zou ons niets aanrekenen voor de shower coin. 
Onze tent werd opgezet, op het enige stukje gras dat er een beetje vlak uitzag, en Wouter ging betalen, maar hij kwam terug zonder douchemuntjes. De uitbater was veranderd van gedacht en wilde €2 aanrekenen per douche. Voor twijfelachtig warm water was dit zwaar overdreven en hebben we dan ook vriendelijk bedankt. 

Om toch een beetje op te warmen en onszelf een beter gevoel over de dag te geven, vonden we het een goed idee om in Miltown Malbay een pub te zoeken en iets te eten. De pub van onze keuze had een gezellig haardvuur, maar de keuken sloot tien minuten later. Als het tegenzit, zit ook werkelijk alles tegen.
Uiteindelijk werd het een restaurant en kregen we eindelijk de positieve noot waar we nood aan hadden. Een heerlijke boeuf bourguignon en een roasted duck met als toetje een cheesecake van chocolade en baileys en een brownie met vanille-ijs. Mmmmmm!
Alles smaakte des te beter omdat dit uitje gesponsord werd door het budget van onze trouwcadeaus. Nog eens bedankt aan alle aanwezige gasten op 14 maart!
0 Comments

15 mei: dingle - slea head - tralee

17/5/2015

1 Comment

 
We waren vroeg uit de veren aangezien het weerbericht aangaf dat het in de late voormiddag zou beginnen regenen. We wilden graag de Slea Head Drive fietsen alvorens de oversteek naar de noordkant van het eiland te maken. 
De lus op het uiterste punt van the Dingle Peninsula is in trek bij toeristen en meer bepaald bij grote groepen die per bus de rondtoer maken. Rond iets na acht was het echter nog rustig op de weg en onder een grijze hemel gingen we op zoek naar de kustlijn en de bijbehorende kliffen. 
Na een kleine tien kilometer kregen we eindelijk te zien waarvoor we speciaal tot hier waren gefietst: een prachtige, woeste rotskust. Regelmatig liep de weg net boven de steile kliffen die soms bijna loodrecht de Atlantische oceaan indoken. We tuurden een tijde naar het water op zoek naar dolfijnen, maar ook zonder hen was deze plek zeker en vast de moeite waard! Het ging goed op en af, maar aangezien tent en bagage nog op de camping stonden, ging het klimmen merkelijk vlotter dan anders.

Jammer genoeg wilde het weer niet mee. De toppen van de bergen zaten al van ’s morgens vroeg in de mist en in tegenstelling tot wat we hadden gehoopt trok deze niet op. Ons zicht werd steeds beperkter en de Blasket Islands waren slechts een schim van zichzelf. Net toen het weer bijna apocalyptisch werd, beseften we dat dit weleens het meest westelijke punt van onze reis kon zijn.
Uitgeregend en verkleumd kwamen we terug op de camping aan. We hadden al betere condities gehad om ons boeltje te pakken. Dat we onze picknick konden opeten in de eetzaal van het hostel, was mooi meegenomen om even op te warmen en te drogen.

Een medewerker van het hostel gaf met niet mis te verstane gebarentaal en mimiek aan dat de Connor Pass die we zouden nemen een lange, stevige klim zou worden. We waren gewaarschuwd, maar veel andere opties hadden we niet. 
Gepakt en gezakt volgden we de pijltjes uit Dingle naar de pas. De mist vertroebelde nog steeds ons zicht; veel beloning voor het klimwerk kregen we dan ook niet. De weg was steiler dan de Cahapas, maar gelukkig korter. De kou bovenop de top verdreef ons snel terug de fiets op voor een lange afdaling. Spijtig dat de mist de zichtbaarheid zo beïnvloedde; bij betere weersomstandigheden had hier wel eens ons snelheidsrecord gebroken kunnen worden.

De peninsula lieten we achter ons en we zetten verder koers naar Tralee. Rond 16u stonden er zeventig km op de teller, maar het slechte weer deed ons beslissen nog twintig km verder te fietsen tot de volgende camping. 

We deden inkopen voor een lekkere stew met 100% Irish beef, aardappelen in de schil en groenten. Na de koude fietsdag, was dit de ideale manier om de ledematen terug op te warmen. De keuken van de camping konden we evenwel niet meteen gebruiken. De vier beschikbare kookplaten waren namelijk alle in gebruik door een gepensioneerd Nederlands koppel. Zij waren met de auto van hun tent naar de keuken gereden die 100 meter verder lag. 

De stew was heerlijk en toen we ons in de zetel van de gemeenschappelijke ruimte hadden genesteld om onze blog te updaten, druppelden steeds meer groepjes muzikanten binnen. Elke vrijdagavond komt hier namelijk een Caravan & Camper Club samen om bij te praten en te zingen. We werden van chips en chocola voorzien en genoten van de opzwepende deuntjes tijdens het neerschrijven van onze herinneringen. 
1 Comment

14 mei: rustdag in dingle

14/5/2015

0 Comments

 
Hoewel het ’s nachts stevig gewaaid en geregend had, sliepen we beiden goed door. Ik was, zoals wel vaker, vroeg wakker, maar had Katrien beloofd dat ze op de rustdag mocht uitslapen. De ideale gelegenheid om onze blog aan te dikken. 

In de centrale eetzaal van het goed gevulde hostel was het om 6u nog lekker kalm, maar tegen 7u15 begonnen de eerste ontbijters binnen te druppelen. Dit resulteerde in een wat lager schrijftempo en een interessante ontmoeting met Ed uit Philadelphia. Hij was samen met zijn dochter op rondreis in Ierland; moeder de vrouw was thuisgebleven: te avontuurlijk voor haar.
Pas tegen 9u30 stak Katrien haar hoofd om de hoek van de eetzaal. We deden het kalm aan; rustig ontbijten, douchen, enkele zaken uitwassen en ons klaarmaken voor een uitstapje naar Dingle. 

Het stadje zelf gaf ons zeker geen wow-gevoel. Dit kon naast het gebrek aan bezienswaardigheden ook wel eens te maken hebben met een overdosis aan Amerikaanse bustoeristen. 
Bij terugkomst op de camping draaiden we ons tweede machine handwas en met de zon die volop doorbrak, hadden we er het volste vertrouwen in dat ook deze lading droog van de draad zou komen. 

Op zich geen heel bijzondere dag, ware het niet dat mijn zus Katrien die dag dertig werd. Jammer dat we er niet bij konden zijn, maar fris geschoren konden we mekaar toch even spreken via FaceTime. Blije gezichten langs beide kanten en ook via deze weg wensen we haar nogmaals een dikke proficiat en heel veel liefs!

We maakten het onszelf gemakkelijk en met een pizza in de oven hadden we nauwelijks werk met afwas. Ondertussen was ook de route voor de volgende dag opgemaakt. In de voormiddag in een lus de Slea Head Drive en in de namiddag, nadat we onze tent opbreken en onze tassen maken, over de Conor Pass naar de andere kant van het schiereiland. 
0 Comments
<<Previous

    Archives

    September 2016
    August 2016
    July 2016
    June 2016
    May 2016
    April 2016
    March 2016
    February 2016
    January 2016
    December 2015
    November 2015
    October 2015
    September 2015
    August 2015
    July 2015
    June 2015
    May 2015
    April 2015
    February 2015

    Categories

    All
    Albanië
    België
    Bosnië & Herzegovina
    Bulgarije
    Denemarken
    Duitsland
    Engeland
    Estland
    Finland
    Frankrijk
    Griekenland
    Hongarije
    Ierland
    Italië
    Kosovo
    Kroatië
    Letland
    Litouwen
    Luxemburg
    Macedonië
    Montenegro
    Nederland
    Noord Ierland
    Noorwegen
    Oostenrijk
    Polen
    Roemenië
    Schotland
    Servië
    Slovenië
    Slowakije
    Tsjechië
    Wales
    Winterstop
    Zomerstop (Erasmus Reünie)
    Zweden

Powered by Create your own unique website with customizable templates.