Rond half acht namen we de lift naar de ontbijtverdieping. Bij een tas warme chocolademelk deden we ons uitgehongerd te goed aan de pistolets, de muesli, de croissantjes, de yoghurt,… Amai, dat was nodig!
Het was dan misschien nog wel grijs, het regende niet meer en dat was veel waard. Na vier kilometer fietsen kwamen we aan de Rijn, de natuurlijke grens tussen Frankrijk en Duitsland. Met veel reigers, aalscholvers en zwanen in het vizier en de Vogezen aan onze linker- en het Zwarte Woud aan de rechterzijde, was het mooi fietsen, maar we genoten vooral van het vlakke parcours.
In Kehl staken we na een kilometer of vijfendertig de voetgangers- en fietsersbrug over naar onze zuiderburen. Jammer dat er geen grensovergang stond aangeduid, maar na een dikke 680 Duitse kilometers waren we eindelijk in het Franse Strasbourg.
De energie die we tijdens het ontbijt hadden opgedaan was intussen uitgewerkt en vooraleer we naar onze WarmShowers-hosts trokken, stopten we aan de supermarkt voor een snelle lunch in de vorm van enkele croissants en bananen. Meteen maakten we kennis met de vriendelijke Fransen. Een gepensioneerd man vroeg naar onze reis en begon zeker vier maal opnieuw te babbelen nadat hij had gezegd “Allez, je vous laisse. Bonne continuation.”
We werkten de laatste vijfhonderd meter af naar 31, rue Sleidan en werden in een mooi studentenhuis verwelkomd door Gaspard (18, drummer). Een half uur later vervoegde Laure ons (23, saxofoniste) en ’s avonds maakten we nog kennis met Noe (19, pianist) en een vriend van de groep, Julien (29, verpleger).
Met zelfgemaakte pizza’s en bananes flambées werd het een heel gezellige avond. De mama van Gaspard brouwt eigen verveine (likeur op basis van citroenverbena) en wij trakteerden met een groot pak Leffe ter ere van onze 17.000 km. Eerlijk is eerlijk, er ontbraken ons eigenlijk nog drie kilometer om echt van kaapoverschrijding te kunnen spreken, maar daar leek niemand zich echt aan te storen.