BLIJVEN TRAPPEN
  • Home
  • Blog
  • Foto s
    • België
    • Luxemburg
    • Frankrijk
    • Duitsland
    • Tsjechië
    • Oostenrijk
    • Slovenië
    • Zomerstop (Erasmus-reünie)
    • Italië
    • Kroatië II
    • Bosnië & Herzegovina
    • Kroatië I
    • Montenegro
    • Kosovo
    • Albanië II
    • Griekenland
    • Albanië I
    • Macedonië
    • Bulgarije
    • Roemenië
    • Servië
    • Hongarije, deel 2 (feb - maa)
    • winterstop
    • Hongarije, deel 1 (okt - nov)
    • Slowakije
    • Polen
    • Litouwen
    • Letland
    • Estland
    • Finland
    • Zweden
    • Noorwegen
    • Denemarken
    • Duitsland
    • Nederland
    • Oostkust Engeland
    • Schotland
    • Noord-Ierland
    • Ierland
    • Zuid-Engeland & Wales
    • Avelgem - Deal
    • Voorbereiding
  • Statistieken
  • Route
    • Geplande route
  • Materiaal

31 mei: tivat (mtn) - mikulici (kr)

31/5/2016

7 Comments

 
Toen Frédéric rond 7.30u naar zijn werk vertrok installeerden wij ons aan het water op een ponton voor het ontbijt. In korte mouwen, onder een stralende zon en met een geweldig zicht over de baai van Tivat… zo mochten we wel vaker wakker worden!

We fietsten vandaag allesbehalve recht op recht, maar volgden aaneensluitend de baai van Tivat, Kotor, Risan, Tivat (aan de andere kant) en Herceg Novi, alvorens de klim in te zetten naar de grens met Kroatië.
We hadden ook een ferry kunnen nemen, maar Frédéric had ons aangeraden om, als we er de tijd voor hadden, het volledige traject te fietsen. En laat tijd voor ons nu net geen probleem zijn. 

Het was heerlijk fietsen langs het water. De weg was vlak - dat mocht ook wel eens - en het zicht over de duizend meter hoge bergen die de baai flankeerden, was zonder meer spectaculair. De kleine dorpjes waren stuk voor stuk postkaartmateriaal en de uit lichte steen opgetrokken huizen in combinatie met de bootjes die voor anker lagen op het glinsterende water zorgden voor mooie taferelen.

Na vijftien kilometer trappen namen we de fiets aan de hand en wandelden de stadspoort van het oude Kotor binnen. Nog voor het kleine centrum later op de dag volledig overrompeld zou worden door toeristen, hadden wij een leuk toertje gemaakt. Misschien wel het allermooiste stadje dat we tot nu toe bezochten. Zo veel leuke hoekjes, kleine pleintjes, een levendige sfeer en een setting om U tegen te zeggen. 
We hadden ons doorheen onze trip al wel eens bedenkingen gemaakt bij de selectiecriteria van UNESCO, maar het statuut van de volledige Risan-Kotor baai als cultureel en natuur werelderfgoed, was zonder meer terecht.

Na een prachtige voormiddag lunchten we met bijna vijftig kilometer in de benen ’s middags met zicht op de plek waar we ’s morgens hadden ontbeten. Sandwich eten, fietspakken uit, zwembroek en bikini aan en de baai in… zalig! 

Ook in de namiddag bleven we het water volgen. We kwamen enkele andere vakantiefietsers tegen, maar enkel met de Deense Anton maakten we een praatje. Hij had eerst twee maanden in Nieuw-Zeeland gefietst en was sedert een zestal weken in Europa. Hij had dezelfde kampeerplek in gedachten voor ’s avonds en we zouden mekaar dus waarschijnlijk nog terugzien. 

Na enkele kilometers leuk fietsen over de dijk van Herceg Novi was ons luxeleven verleden tijd. De grens met Kroatië kwam in zicht en dat betekende klimmen. De grensovergang was geen enkel probleem - even de zonnebril af voor fotocontrole - en na een korte afdaling kregen we meteen een heel stuk klimmen aan 10% op ons bord. 
Het landschap was heel mooi, inclusief vergezichten over de Adriatische Zee, maar het was zweten onder de namiddagzon. 

We kregen nog een klim tot op driehonderd meter te verwerken alvorens we Anton op een terras zagen zitten. Hij was een klein half uurtje eerder toegekomen op de plaats waar WarmShowers-host Marko een Nature Camp had opgericht. Alle fietsers waren welkom en konden free of charge hun tent opzetten op een hoger gelegen veld. Ideaal! 

Samen met Marko (Kroatisch-Canadees), Charlie (Duitser), Anton (Deen) en Alberto (Spanjaard) gingen we een hapje eten in een familierestaurant een kilometer verder. Marko en Charlie, beiden rond de zestig, vertelden over hoe ze in Kroatië beland waren. Daarnaast vernamen we Alberto’s plannen om van Santiago de Compostela naar de Himalaya te fietsen. Niet veel later vervoegde Jean-Pierre, een excentrieke Franse ex-topchef, het gezelschap. Iedereen had straffe verhalen, maar dat van JP sprak het meest tot de verbeelding.
​Hij had in Polynesië (zoek maar eens op waar dat ligt) twee jaar op een onbewoond eiland gewoond, moederziel alleen, samen met zijn hond en op zeven uur varen van het dichtstbijzijnde bewoonde plekje. Wow!

Daarnaast kregen we te horen dat Dubrovnik blijkbaar niet per fiets bezocht mocht worden - zelfs niet aan de hand - en werden we prompt uitgenodigd door JP om daar de volgende avond te dineren. De perfecte reden om een nachtje langer bij Marko te blijven staan en zo kregen we weeral een last-minute verrassende wending.
7 Comments

30 mei: rustdag in tivat

30/5/2016

0 Comments

 
We mochten zonder problemen nog een nachtje blijven van onze Belgische host en we maakten van de gelegenheid gebruik om een stuk van de prachtige kustlijn van Montenegro te ontdekken.

Nadat we een machine was hadden gedraaid die het terras omtoverde in een grote waslijn, staken we onze duim omhoog richting Sveti Stefan. Het liften ging een stuk minder vlot dan gewoonlijk - te toeristisch? We hadden heel wat tijd, drie verschillende lifts en voor het laatste stuk nog een bus nodig om op onze bestemming te geraken, maar er bleef tijd genoeg over om van het mooie weer, de zee en de leuke stadjes te genieten. 

Sveti Stefan is een eilandje dat door een pier verbonden is met het vasteland. De kleine huisjes met hun terracottadaken staan dicht op elkaar en het zou leuk zijn moest je er als toerist even door de straatjes kunnen dwalen. 
Het eiland is vandaag de dag echter een luxueus resort en zonder reservering mochten we er niet in. Jammer en op deze manier ietwat overroepen, hoewel het zicht van wat hogerop zeker niet slecht was. 

Langs de kustlijn bracht een leuk wandelpad ons langs Kings Beach en Queens Beach tot in Przno, een pittoresk dorpje met leuke restaurantjes aan het water en een mooi strand. Jammer genoeg zijn heel wat stranden enkel toegankelijk voor hotelgasten. Het was duidelijk dat het kusttoerisme in Montenegro (iets te) goed ontwikkeld is. 
Na een lekkere, zelfgemaakte, sandwich vonden we toch een plekje waar we even op het strand konden liggen. Goed insmeren was de boodschap en vervolgens heerlijk afkoelen in het water.

Laatste halte van ons dagje kust was Budva, door Lonely PLanet omschreven als ‘the poster child of Montenegrin tourism with its atmospheric old town and lovely beaches’. Wij hadden onze plons al gedaan en dus ging het meteen naar de ommuurde oude stad. Smalle straatjes, leuke pleintjes, oude torens en een citadel… een aanrader!

Onze tocht terug naar Tivat ging heel wal vlotter dan in de voormiddag. Na een tiental minuten werden we opgepikt door de Bosnische Alexander. Hij was geboren in Bosnië, had jaren in Rusland gewoond en werkte nu aan de kust in Montenegro. Hij woonde tien kilometer verder, maar tijdens het levendige gesprek besloot hij om ons de volledige vijfendertig kilometer tot in Tivat te brengen. Spasiba!

Na een lange werkdag voor Frédéric was het ideaal verpozen op het terras. We dronken een biertje, aten een snackje en een lekkere pasta en babbelden honderduit. Vooral de fietsreis die hij samen met zijn broer maakte na zijn studies sprak tot de verbeelding. In negen maanden fietsten ze van Brussel door Europa naar Iran en Dubaï. Vervolgens vlogen ze naar Singapore en vervolgden ze hun weg door Zuid-Oost Azië naar China.
​
Avonden als deze zijn steevast veel te snel voorbij, maar aangezien het de volgende morgen om 7.30u werkdag was, kropen we toch maar niet te laat in bed. Frédéric, heel erg bedankt voor het geweldige verblijf, we zien mekaar zeker terug in Brussel!
0 Comments

29 mei: podgorica - tivat

29/5/2016

0 Comments

 
De dag begon allesbehalve idyllisch: zeventien kilometer lang volgden we een drukke weg. In eerste instantie tijdens het uitrijden van Podgorica, maar ook toen we de stad achter ons lieten, kregen we veel passerend vrachtverkeer te slikken. Zeker tijdens het klimmen was dit niet bijzonder aangenaam en we sloegen een zucht van opluchting toen we links afsloegen op een kleine, lokale weg. Deze alternatieve route (via Rivasi en Rjika Crnojevica) is een absolute aanrader voor elke vakantiefietser die van Podgorica naar Cetinje fietst. 

De kleine, kronkelende weg in plaats van de drukke hoofdweg leverde ons dan wel meer kilometers en hoogtemeters op, toch zouden we het elke keer opnieuw doen. Dit stukje fietsen was fantastisch! Tot in Rjika Crnojevica ging het leuk op en neer en we hadden een betoverend zicht over de uitlopers van het het Skadarsko Jezero Nationaal Park, inclusief een enorme meander in de rivier. 

We daalden weer helemaal tot nul en wisten dus dat de komende veertien kilometer wel eens lastig konden worden. We wilden graag voor de lunch Cetinje bereiken (700 meter) en moesten dan ook vol aan de bak. De klim was intensief, maar haalbaar en toch werd het door de warmte (+30°) best zwaar. Het gebrek aan verfrissing door het lauwe drinkwater speelde ons parten, maar het landschap maakte - zoals zo vaak in de Balkan - alles goed. En hier was het dan nog net dat tikkeltje meer.
De laatste zeven kilometer fietsten we over een oude weg waar het asfalt zo goed als helemaal was weggesleten. Hierdoor leek het of we in een verwilderde tuin rondfietsten. Wilde tijm, vijgenbomen, bloemen en vlinders in alle kleuren,…

Na 43 kilometer fietsen en bijna 1000 hoogtemeters, ploften we uitgeput neer in een comfortabele stoel op het charmante plein van de voormalige hoofdstad. We gunden onszelf een lunch waarvoor we geen moeite moesten doen, buiten de juiste keuze maken op de kaart. 
We opteerden voor zoute pannenkoeken, maar kregen iets helemaal anders dan verwacht. Elk twee uit de kluiten gewassen ‘gepaneerde’ pannenkoeken, gevuld met champignons en ham en overgoten met zure room en kaas. Heel lekker, maar net iets te zwaar in de wetenschap dat we kort daarop tot boven de 1100 meter moesten klimmen. 

Met de fiets aan de hand maakten we nog een toertje door het kleine stadscentrum. Geen overweldigende bezienswaardigheden, maar de leuke straatkunst, enkele statige gebouwen en het klooster maakten het toch de moeite. 

Al snel bevonden we ons weer in het groen; door een ruig en uitgestrekt landschap klommen we lustig naar boven. We kwamen tot de constatatie dat, als we ons niet hoefden te forceren, we eigenlijk graag in de bergen rondfietsten. Natuurlijk was het bij momenten lastig, maar het decor is zoveel mooier dan in een vlakte. 

Op de top ontmoetten we Rob, een Brits-Spaanse kerel van zevenentwintig woonachtig in Grenoble. Hij was voor een dikke week onderweg van Pristina naar Dubrovnik en we hadden een gezellige babbel. 
We fietsten samen een stuk naar beneden en hielden halt aan een kraam met lokale specialiteiten. We konden heel wat proeven (schapenkaas, kaas van de koe, rode wijn, honingwijn) en alles was homemade in de Montenegrijnse bergen. De ideale gelegenheid om een cadeautje te kopen voor onze Belgische WarmShowers-host Frédéric waar we ’s avonds zouden arriveren. 

Na een laatste krachtinspanning, flirtend met ons record aan hoogtemeters, hadden we plots een fenomenaal zicht over de baaien van Kotor, Risan en Tivat. Het was al laat in de namiddag en de zonnestralen streelden het water. Een schouwspel zonder gelijke vermits we in de fjorden in Noorwegen geen enkele keer het geluk hadden om al die schoonheid badend in de zon te kunnen aanschouwen. 
Ook de afdaling was uniek. Vijfentwintig (!) haarspeldbochten brachten ons tot op zeeniveau en de etappe liep nu bijna op zijn einde. Ons enige oponthoud werd veroorzaakt door een rally in de straten rond de baai, waarvoor we al onze tassen moesten af- en opladen omdat de wagens zo dicht naast elkaar geparkeerd stonden dat we er niet tussen pasten.

Rond half zeven kwamen we toe op het punt van afspraak in het centrum van Tivat. Een twintigtal minuten later pikte Frédéric ons al joggend op en we volgden hem tot aan zijn appartement een paar kilometer verder in de baai. Leuke bijkomstigheid: twee mini-klimmetjes leverden ons alsnog het record aan hoogtemeters op. 1550 meter klimmen op een dag, niet slecht!

Op het zalige terras aten we een lekkere ratatouille, maar was het vooral heel leuk babbelen met de 30-jarige Brusselaar die perfect Nederlands sprak en sinds januari ’16 als expat voor Besix in Montenegro werkte.
0 Comments

28 mei: rustdag in podgorica

28/5/2016

0 Comments

 
Het was een heerlijk warme dag in de Montenegrijnse hoofdstad en vooraleer we een kijkje namen in de stad deden we, traditioneel op een rustdag, eerst ons werk. De fietskledij werd uitgewassen, de blog was weer helemaal up-to-date en we stuurden enkele social network-verzoeken uit voor ons verblijf aan de baai van Kotor.

Rond de middag trokken we richting oude stad, of wat ervan overbleef ten minste. Een alleenstaande klokkentoren was het enige historische monument dat we te zien kregen en het werd al snel duidelijk dat we ons niet in een toeristische hoogvlieger bevonden. De Millennium Bridge over de Moraca was veruit de spectaculairste bezienswaardigheid en de Moraca-rivier op zich bleef ook best fotogeniek.
Niet geklaagd. Op deze manier kregen onze benen de verdiende rust en op een schaduwrijk terras - niet overbodig bij +30° - dronken we een lekkere cocktail en een lokaal biertje. 

Via het thuisfront vernamen we net op tijd dat de Belgen die namiddag hun eerste oefenmatch afwerkten in aanloop naar het EK en in een groot gokkantoor konden we de wedstrijd volgen. Veel animo was er niet en de match was niet bijzonder spectaculair, maar zo waren we toch op de hoogte van het vormpeil van de Duivels. 

Na een wandeling naar het andere gedeelte van de stad, terug richting hostel, aten we in het traditionele restaurant Pod Volat lokale specialiteiten op het terras. Heerlijke stuffed peppers, cabbage rolls, gegrild vlees, chopska salat en gebakken aardappelen.
Terug in het Explorer Hostel - geen aanrader overigens - legden we voor het slapengaan nog de laatste hand aan de volgende fietsdag naar Tivat en sloegen we een praatje met een Brit uit Chester (bij Liverpool) en een Zuid-Koreaan. De reisverhalen klonken goed en de route zag er zwaar, maar bijzonder boeiend uit. Benieuwd!
0 Comments

27 mei: gnjili potok - podgorica

27/5/2016

0 Comments

 
De donkere wolken en striemende wind waren eindelijk verleden tijd en de zon was ’s morgens vroeg al van de partij. Vooraleer we hartelijk afscheid namen van Novak, Violetta en hun twee kinderen werden we nog voorzien van ontbijt. Een flinke kop gestremde kaas (vergelijkbaar met mozzarella) en twee gekookte eieren uit het vuistje. Niet voor elke dag, maar we vertrokken wel met een gevulde maag. Het was trouwens niet de eerste keer dat werd aangetoond dat er in deze regio geen echte ontbijtcultuur is, zoals we die wel reeds in andere landen mochten ervaren.

Verwarmd door de zon en zoveel gastvrijheid van de vorige dag, werkten we de rest van de klim af. Nog tien kilometer haarspelden uit de boekjes en net voor de pas (1550 meter) vingen we een eerste glimp op van het imposante, besneeuwde rotsmassief waar we nog regelmatig een mooi zicht op zouden hebben. 

Minder open vergezichten in het eerste deel van de fietsdag en ook de lange afdaling ging door uitgestrekte bossen. Na inkopen in een bescheiden mini-market begonnen we aan de tweede, kortere en meer geleidelijke klim van de dag. Stroomopwaarts volgden we door een groen landschap de rivier en op een leuk plekje aan het water aten we onze lunch. 

Het pittige einde van de tweede klim was het begin van een wonderlijke fietsnamiddag door een berglandschap dat we nog maar zelden mochten aanschouwen in de afgelopen vierhonderd dagen. De enige smet was de aanwezigheid van een Chinese bouwfirma die rond hun afgrijselijke betonfabrieken hele Chinese dorpen had opgetrokken. Waarom ze per se voor de archilelijke en veel te in het oog springende blauwe daken opteerden, daar hadden we het raden naar. 

De derde en laatste klim van de dag was zonder twijfel de mooiste. We hadden superbenen en het klimwerk leek wel kinderspel. Door een magnifiek rotslandschap, met een geweldig zicht op heel wat toppen boven de 2000 meter bracht het Montenegrijnse binnenland helemaal wat we ervan verwacht hadden.
Het beste moest dan echter nog komen. Meer dan twintig kilometer dalen van 1200 meter naar 0! Niet te steil, niet te technisch en vooral in een bovennatuurlijk decor! Het is moeilijk onder woorden te brengen, maar wie echt wil weten hoe mooi het was, zal gewoon tot hier moeten komen. 

De laatste vijftien kilometer tot de hoofdstad Podgorica moesten we delen met heel wat verkeer over een drukkere weg, maar de route door het Moraca-kloofdal bleef bekoren. Jammer genoeg hadden we geen positieve feedback gekregen op onze berichtjes naar WarmShowers- en CouchSurf-hosts en dus boekten we een hostel om onze verdiende dag rust door te brengen. 

Na negentig kilometer fietsen en enkele dagen met +1000 hoogtemeters besloten we pompaf om die avond gewoon in het hostel te blijven. Podgorica zou er de volgende dag ook nog wel zijn en de warme avondzon op het terras maakte onze keuze geenszins een tegenvaller.
0 Comments

26 mei: rugova canyon - gnjili potok

26/5/2016

0 Comments

 
Slapen op de klim betekende starten in stijgende lijn. En wat voor een klim?! Meer dan tweeëntwintig kilometer moesten we stijgen alvorens we boven de 1800 meter de benen konden laten rusten. 

De eerste elf kilometer klommen we geleidelijk naar de grens met Montenegro. We wisten niet goed wat we aanmoesten met de info van de toeristische dienst in Pejë - de grensovergang zou officieel gesloten zijn - en toen op zevenhonderd meter van de grens de weg overging in een zo goed als onbegaanbaar bergpad sloeg de twijfel toe. Zouden we er wel geraken? We zouden toch niet helemaal terug moeten om via een andere weg Montenegro binnen te gaan?

Met de wagen was terugkeren de enige optie geweest, maar met onze trekkingfietsen aan de hand sloegen we er net in om de eerste en ergste paar honderd meter toch af te leggen. We waanden ons in niemandsland, want waar op onze gps de grens stond aangeduid was niets te zien. In de verste verte was er geen levende ziel te bespeuren, laat staan een grenspost of grenswachters. Temidden van rijzige rotswanden, naast een kolkende bergrivier betraden we illegaal ons vijfentwintigste fietsland. 

Onze identiteitskaarten werden dan (nog) wel niet gescand, wat een prachtige binnenkomer in Montenegro. Een betoverende klim door een adembenemend landschap leidde ons door groene velden met zicht op hoge bergen naar een nieuw hoogterecord. Op 1800 meter en een klets waren we eindelijk boven en genoten we van de duizelingwekkende vergezichten. Vermoedelijk konden we zowat over het hele land uitkijken. 

Op de pas werden we zowaar toch nog gecontroleerd. “Border police, passport control”. De vriendelijke grenswachter maakte er geen enkel punt van dat we via Kosovo kwamen aangereden en ons illegaal statuut was weeral verleden tijd. Met een stevige handdruk werden we welkom geheten en we mochten zelfs een foto maken met de man die moederziel alleen in de gure wind op een berg zat waar geen kat passeerde. 

De afdaling was zalig bollen, maar het was goed fris. Onze jas was niets teveel en we deden zelfs onze dunne handschoentjes aan om geen al te koude vingers te krijgen. Toen we voldoende hoogte hadden verloren, zochten we een plekje om te lunchen. Alle ingrediënten voor een lekkere salade zaten al in de tas en in de zon sneden we de groentjes en het fruit en mengden we alles netjes door mekaar. 

We bleven maar afdalen en stilletjes aan kwamen we weer in de bewoonde wereld terecht. Rond kilometer zestig deden we inkopen in een klein supermarktje in Adrijevica. Meteen merkten we dat Montenegrijns veel weg had van Servisch. Het lijkt al een eeuwigheid geleden, maar er was toch nog wat vocabulair blijven hangen en zo maakten we ons meteen populair bij de locals. 

Net buiten het centrum begon weer een - naar BlijvenTrappen normen - klim buiten categorie. Zeventien kilometer lang en ditmaal tot op 1550 meter. We wisten dat we dit varkentje vandaag niet meer gewassen zouden krijgen, maar vonden het wijselijk om toch al een stuk af te werken.  

Met de laatste krachten in benen vinkten we de eerste zeven kilometer af en eens we boven de 1000 meter waren begonnen we uit te kijken naar een kampeerplekje. De eerste poging was niet succesvol, maar het moet geweest zijn dat het lot ons naar het volgende huis wilde brengen. Geen woord Engels spraken de mensen, maar zelfs bijna zonder gebaren hadden ze meteen begrepen dat we uitgeput op zoek waren naar een slaapplaats. 

Ze moesten er niet eens over nadenken, “no problem!” Er was zelfs keuze uit twee vlakke plaatsjes voor de tent - een unicum op de berg - maar eerst moesten we ons installeren voor het kleine huisje voor een rakija. Het bleef niet bij een, twee of drie (gelukkig kleine) glaasjes, en meer dan een uur lang werden er onder een stralend zonnetje in het Montenegrijns, Servisch, Engels en gebarentaal verhalen verteld waarvan de tegenpartij vermoedelijk slechts een fractie begreep. 

De hele familie heette ons hartelijk welkom en naast onze hosts (Novak en Violetta) waren ook de grootmoeder, de twee kinderen Luka en Stefane en een schoonzus en drie neefjes uitermate geïnteresseerd in die twee gekke fietsers. 

Na de Rakija-kennismaking werd de idee om de tent op te zetten al snel overboord gegooid. Ze hadden nog een tweede gebouwtje op hun erf waar enkele zetels stonden en hier konden we zonder problemen terecht. 
We hadden nog maar net onze tassen neergezet en andere kleren aangetrokken toen we werden meegetroond om samen met hen te eten. Het beste brood ooit (ovenvers), heerlijke kaas, aardappels net uit de grond, kip van het erf en zelfgemaakte yoghurt. Simpel, maar enkel en alleen door de geweldige smaken subliem.
In ruil voor zoveel vrijgevigheid gaven we hen onze volledige zak met net aangekochte etenswaren. Als dat wilde zeggen dat we de volgende dag voor even op onze kin moesten kloppen was dat ook maar zo. Niet te geloven dat mensen die zelf zo weinig hebben en met beperkt comfort leven, zomaar alles laten vallen om hun (zichzelf uitnodigende) gasten op handen te dragen. 

Voor situaties zoals deze trek je dus voor anderhalf jaar met je fietsje door Europa. Weeral onvergetelijke momenten!
0 Comments

25 mei: junik - rugova canyon

25/5/2016

0 Comments

 
Dat wij niet de ‘logische weg’ naar Pejë zouden nemen maar de kleine baantjes verkozen, had bij de ober van het motel vragende blikken opgeroepen. Wij waren maar wat blij met onze keuze door mooie, groene weides en met zicht op de grote bergen die we ’s avonds en daags nadien over zouden moeten. 

Na elf kilometer bevond zich onze eerste geplande stop: het marmeren Visoki Decani-klooster uit 1327. Apart, want vooraleer je het klooster bereikt moet je langs KFOR-soldaten (Kosovo Force, een internationale vredesmarkt o.l.v. de NAVO) en om het te bezoeken moet je je identiteitskaart bij hen achterlaten. Waarom? Het Servische klooster wordt bewoond door monniken met dezelfde nationaliteit en dit ligt nogal gevoelig bij de Kosovaarse bevolking.
Nadat we in een wegwerppij werden gestoken, gaf een jonge Servische man ons heel wat uitleg over het heiligdom. In de ingang van de kerk vind je bijvoorbeeld 365 originele fresco’s (nog nooit gerestaureerd), eentje voor elke dag van het jaar, startend op 1 september. Ook in het deel waar de diensten plaatsvinden, zie je rondom rond mooie muurschilderingen. Eentje van Jezus met zwaard is uniek in de wereld. Tot slot vind je er een prachtige, eveneens originele, kandelaar gemaakt uit zwaarden en harnassen van de soldaten die vochten tegen de Ottomaanse bezetting in de veertiende eeuw. 

Na ons bezoek en een fastfood-hap, fietsten we langs de onvermijdelijke drukke baan verder naar Pejë. In de toeristische dienst kregen we voor de tweede dag op rij te horen dat de grens - deze keer met Montenegro - wel eens moeilijkheden zou kunnen opleveren. De relaties met Kosovo waren blijkbaar nogal gespannen en daarom was die grensovergang officieel gesloten. In realiteit betekende dit dat we daar illegaal Montenegro zouden betreden.
Hun advies was om toch te fietsen zoals wij gepland hadden en bij een eventuele controle te zeggen dat wij geen grenspost hadden gezien. Waren we niet in de toeristische dienst gestopt, dan zouden we niet eens liegen.

Pejë zelf hadden we snel gezien en vooraleer we de klim naar de pas aanvingen, hadden we nog een tweede UNESCO-klooster op ons lijstje staan: het Patriarchaatsklooster. Zelfde verhaal, maar zonder KFOR. We lieten onze identiteitskaarten achter bij de politie en kregen een sjaal om onze blote benen te bedekken. De kleurrijke buitenmuren stonden in contrast met de witte muren ’s morgens, maar binnenin was de kerk zeer gelijkaardig. 

Eenmaal onze identiteitskaarten terug op zak, startte de klim naar Montenegro door de verbluffende Rugova canyon. Gematigd klimmen door een fantastisch decor, wat een zaligheid. We vallen in herhaling, maar de Balkan blijft ons dag in, dag uit, land in, land uit verrassen en bekoren.

Rond half zes zochten we naar een goede kampeerplaats, maar dat was niet gemakkelijk in een gorge. Zowat alles helde en enkele borden die waarschuwden voor lawines en vallende stenen, deden ons elf kilometer voor de grens beslissen in te checken in een chalet-motel.
​Er waren heel wat mankementen en we moesten van kamer veranderen nadat de douche alles - ook onze tassen - onder water had gezet, maar we sliepen binnen en we konden er eten. Lekker en veel zelfs: traditionele flija en een soort griesmeeltaarthapje als voorgerecht en steak friet als hoofdgerecht. Binnenkort zouden we broeksriem letterlijk en figuurlijk moeten aanhalen.
0 Comments

24 mei: koman (ALB) - junik (KSV)

24/5/2016

0 Comments

 
We genoten niet van de beste nachtrust ooit op onze matjes in de bar. Er braks ’s nachts een storm los en het leek wel of het hele gebouw het meer van Koman zou invliegen. De schippers moesten in het holst van de nacht aan de bak om ervoor te zorgen dat hun boten niet wegdreven en er was dus heel wat heen-en-weergeloop. Maar goed, ons hoorde je niet klagen want voor een habbekrats (200 lekë) sliepen we droog en op een tiental meter van het startpunt van de ferry.

Al om 7.30u ’s morgens stroomde het volk toe. Raar, maar waar: zelfs op dit uur werd er niet getwijfeld over de bestelling aan de toog. Een raki, een koffietje en een glas water… blijkbaar de beste manier om de dag te beginnen. 

Net voor vertrek vreesden we even dat we nog een dag langer zouden vastzitten in Koman. Om vijf voor negen besloot de chef dat ze niet zouden varen die dag. Te weinig opvarenden en dus te duur! Gelukkig vertrok er op hetzelfde uur nog een boot en regelden onze nieuwbakken vrienden de transfer van de Rozafa naar de Berisha ferry.

Naar Albanese normen op schema, verlieten we de ‘haven’ van Koman en begonnen we aan de drie uur durende trip naar Fierze. Deze boottocht wordt alom geprezen en wordt misschien wel gezien als hét hoogtepunt van het land. Uit eerste hand kunnen we al onze lezers verzekeren dat de boottrip alleen meer dan de moeite waard is om naar de Balkan af te zakken! Hoewel we nergens een vergelijking met de Noorse fjorden lazen, kan die zonder problemen gemaakt worden. Wij vonden het zelfs nog net een tikkeltje beter wegens iets warmer, zonniger en soms spectaculairder. 

Het was bewolkt en we hielden het niet de volledige drie uur droog, maar het grootste deel van de overtocht bevonden we ons in het zonnetje op het bovendek en was het 360° genieten van dit prachtige natuurfenomeen. Beboste heuvels, appelblauwzeegroen water, reusachtige grillige rotswanden,… wonderlijk!

Eens in Fierze aangemeerd, haalde de regen ons weer in. We schuilden een tijdje in de bar aan de kade en kregen verontrustend nieuws te horen. Iemand vertelde ons dat de kans bestond dat we met een identiteitskaart alleen Kosovo niet zouden binnen geraken. Hij raadde ons aan de proef op de som te nemen, want de regels waren in tussentijd misschien versoepeld. We waren er in ieder geval niet gerust in. Het alternatief: helemaal terug richting Shkoder om daar rechtstreeks naar Montenegro te fietsen.

Het overgrote deel van de regenval werd opgespaard tot in de namiddag. We vertrokken dan wel droog, al snel viel het met bakken uit de lucht. We lieten ons verrassen en waren binnen de kortste keren doorweekt. Jammer, maar ons regenpak kwam rijkelijk te laat en dus lieten we ons helemaal natregenen.
De regen hield aan en met water in onze schoenen stopten we om te schuilen op een tiental kilometer van de grens. Een twintigtal minuten keken we de kat uit de boom totdat het wolkendek openbrak en we zelfs wat zon te zien kregen. 

Het werd zowaar een traditie, want ook nu weer was het klimmen naar de grensovergang. Met een klein hartje stopten we aan de grenspost en nog nooit ging het zo vlot. In Albanië deden ze bij het uitrijden zelfs niet eens de moeite om onze ID’s te bekijken en na een vliegensvlugge scan en de daaropvolgende ‘biep biep’ waren we legaal in Kosovo. Best speciaal, in een land dat tot voor kort eigenlijk nog geen land was. 

In het eerste dorpje na de grens informeerden we naar overnachtingsmogelijkheden. Het halve dorp stond al snel verzameld in de mini-market en de beste kans om een bankautomaat en hotel te vinden hadden we volgens hen in Junik, een achttal kilometer verderop. 
Na wat zoeken vonden we motel Gjeravica waar we voor twintig euro terecht konden in een mooie, ruime kamer. Bovendien aten we er ’s avonds nog een degelijke pizza en hadden we een gesprekje met enkele Kosovaren. Een eerste, zeer beperkte kennismaking met dit kleine land, maar we keken alvast uit naar meer.
0 Comments

23 mei: nenshat - koman

23/5/2016

2 Comments

 
Héérlijk geslapen en de vrijgevigheid van onze gastfamilie voor een dag kende geen grenzen. Een halve liter raki, een voorraadje kersen en een groot pak koeken gingen mee de tassen in. Zoals zo vaak moesten we ook nu weer andere lekkere spijzen weigeren wegens niet houdbaar en/of geen plaats in onze fietszakken. 

Van Zef, die reeds om 5u ’s morgens naar Shkoder was vertrokken om kersen te verkopen, hadden we de avond voordien al afscheid genomen. Angelina, wat een goedgehumeurde en grappige vrouw, en David, die voor de gelegenheid nog even was langsgekomen, gaven we net voor we op de fiets sprongen nog een dikke knuffel en drukten we op het hart om zeker eens naar België te komen. 

De enige vlakte die Albanië rijk is, lag nu onverbiddelijk achter ons en de veertig resterende kilometers naar Koman waren best pittig. Van hieruit zouden we de ferry naar Fierze nemen, slechts een boogscheut verwijderd van Kosovo. 

Steil op en steil af. Het parcours ging dan misschien constant omhoog en omlaag, het prachtige decor bewees nog maar eens de stelling dat de aantrekkelijkheid van het landschap recht evenredig was met het aantal getrokken foto’s.
Alleen jammer dat er zoveel gigantische elektriciteitspalen stonden. Die konden toch niet allemaal in functie van het schaarse aantal huizen zijn? Het stuwmeer bood antwoord op het raadsel. De vraag was niet waar de elektriciteit naartoe ging, dan wel waar zij vandaan kwam. 

In een onherbergzaam landschap zoals dit voelde BlijvenTrappen zich als een vis in het water, hoewel de warmte en de hellingsgraden ons stevig op de proef stelden. De lunch, op twee kilometer van het einddoel, kwam niets te vroeg en het artisanale brood met hespegebraad was meer dan welkom. 

Na een laatste intensieve krachtinspanning kwamen we aan op de kade. Van enkele mensen onderweg hadden we reeds vernomen dat de enige dagelijkse boot om 9u ’s morgens was. De opgestoken info bleek te kloppen en rond 14u strandden we aan het stuwmeer. Het was er dan wel een drukte van jewelste, geen enkele boot zou die dag nog uitvaren en er zat niets anders op dan te wachten. 

We hebben het voorbije jaar nog nooit in financiële problemen gezeten, maar op de kade van Koman knelde het schoentje even. Er stond nog geld genoeg op de rekening, maar uiteraard was er net nu een probleem met het elektronisch betalingsverkeer. Omdat we de prijs van de tickets verkeerd hadden ingeschat en we er niet op gerekend hadden dat we daar nergens onze tent zouden kwijt kunnen, werd het puzzelen met de 3.620 lekë die nog in de portefeuille zat.
Na enkele onderhandelingsrondes kwamen we tot de overeenkomst dat we voor 3.000 lekë de boot konden nemen én in de bar/restaurant aan het water op de vloer mochten slapen. Op deze manier hadden we zelfs nog een beetje geld over voor ontbijt en middageten op onze laatste dag in Albanië, wat een luxe!

De namiddag vulden we met een leuke babbel met een Duits-Frans koppel dat op rondreis was in Albanië en met het bijwerken van onze blog. Gelukkig had het vriendelijke personeel van de bar er geen enkel probleem mee dat we ons installeerden zonder iets te drinken, want daar was geen geld meer voor. Het was voor hen zelfs vanzelfsprekend dat we ons gasvuur bovenhaalden en in de veranda van het gebouw ons avondmaal bereidden. 
Stuk voor stuk geweldige kerels, zowel de barmannen als de medewerkers van de boten. We konden alle faciliteiten gebruiken en kregen na het eten een pintje aangeboden. Aangezien we geen rondje konden teruggeven, haalden we onze zak kersen en de raki boven. Een gouden zet, want de sfeer werd nog gemoedelijker en de gesprekken hartelijker. 

Wat op het eerste zicht een vervelende namiddag en avond wachten bleek te worden, mondde uit in een gezellige avond tijdens dewelke we ons, weeral, verbaasden over de goedheid van de Albanese bevolking. We zijn de laatsten om te zeggen dat het leven voor de mensen hier gemakkelijk is, maar wie beweert dat het land voor toeristen gevaarlijk of oncomfortabel is, kan er onmogelijk al geweest zijn!
2 Comments

22 mei: tirana - nenshat

22/5/2016

0 Comments

 
Opvallend weinig auto’s in Tirana op 22 mei; van de chaos waarmee we de stad waren ingereden was geen spoor meer. Autoloze zondag, zo bleek, en we genoten ervan een rondpunt te kunnen nemen zonder gecoupeerd te worden.

Het was lekker warm ondanks de noordenwind die het ons vooral moeilijk maakte door in ons gezicht te blazen. Daardoor werden de lange, rechte stukken nog saaier en vervelender dan ze al waren.

Het duurde tot elf uur vooraleer de weg ietwat interessant werd en we Liza en Joël ontmoetten. Het was weeral lang geleden dat we zwaar beladen vakantiefietsers waren tegengekomen. Zij was Duits en hij kwam uit Zwitserland. Ze vergezelden elkaar tot het Griekse Igoumenitsa, waar ze elk hun eigen weg zouden gaan. Zij naar Zuid-Amerika met de fiets, hij naar China zonder.

Aan een hypermarkt (de grootte van een kleine Carrefour Market) speelden we twee pistolets naar binnen en vanaf de middag werd het landschap eindelijk mooier, grilliger en bergachtiger. Op een brug over de Mat begroetten we fietskoppel nummer twee: Anna et Xavier, de Grenoble. Geen lang project bij hen, maar een vakantie van veertien dagen door Montenegro, Albanië en Macedonië. Ze verwittigden ons voor de pittige wegen in Montenegro, en zij zijn dan nog de Alpen gewoon.

Ter hoogte van Troshan hadden we best al wat kilometers bijeen getrapt, maar nog geen avondeten kunnen inkopen. Stoppen was dus geen optie. Geloof het of niet, rond kilometer negentig deden we voor de derde keer ons fietsverhaal uit de doeken en vroegen we naar de plannen van Duitse fietsers Harry und Julianna. Net als wij wilden zij fietsen naar Koman om er de ferry naar Fierze te nemen. 
In tegenstelling tot de twee eerste ontmoetingen was er geen spontane klik en hadden we niet de indruk dat zij ervoor openstonden om samen verder te fietsen.

Wat verder vonden we ingrediënten om bij onze pasta te doen en aan de eerste de beste persoon onderweg vroegen we in gebarentaal of we onze tent in het veld mochten zetten. Zef zei aanvankelijk dat dit geen probleem was, maar al snel hadden we door dat hij iets beters voor ons in petto had. 
Zijn vrolijke vrouw Angelina kwam erbij en gevieren wandelden we naar hun huis. Ze spraken enkel Albanees en Grieks, maar met pen en papier en twee handen kwamen we een heel eind ver. Hun zes (of vier, want dat hebben we nooit helemaal begrepen) kinderen woonden allen in Italië, Zef had nog acht jaar in Griekenland gewerkt en ze hadden twee varkens, twee honden, twaalf kippen en 55 kersenbomen.
Elf kippen na ons bezoek, want meteen werden we onthaald als familie en stonden ze erop een diner voor ons te bereiden. Drie keer tsjak met de bijl en voor we het goed en wel beseften zat Angelina naast ons het kieken te pluimen.

We proefden kersen en aardbeien vers uit de tuin en terwijl we door de familiealbums bladerden, kwam hun zestienjarig neefje Davide erbij. Hij sprak wat Engels en dat maakte de zaken natuurlijk een heel stuk gemakkelijker. Jammer dat hij niet bleef mee-eten. 

Het voortreffelijke avondeten was volledig van eigen kweek: de kip, de eieren, de tomaten, sla en pepers, het brood, de kaas tot en met de raki toe. Om duimen en vingers bij af te likken. 

Zef deed ondertussen zijn uiterste best om ons te tonen hoe goed ze het hadden. We kregen twee zilveren schoteltjes om van te eten - zij namen geen bord -, hij vertelde tien keer dat onze fietsen zeker veilig stonden, wees alle schakelaars aan om het licht aan en uit te doen, toonde dat er warm water uit de douche kwam en verontschuldigde zich meermaals voor de betonblok die tijdelijk het logeerbed stutte.

Gastvrij, hartelijk en vrijgevig, beter kunnen we deze Albanese familie niet omschrijven. Na een hartverwarmende avond en een lange fietsdag duurde het rond 23u30 niet lang vooraleer we gelukzalig in slaap vielen.
0 Comments
<<Previous

    Archives

    September 2016
    August 2016
    July 2016
    June 2016
    May 2016
    April 2016
    March 2016
    February 2016
    January 2016
    December 2015
    November 2015
    October 2015
    September 2015
    August 2015
    July 2015
    June 2015
    May 2015
    April 2015
    February 2015

    Categories

    All
    Albanië
    België
    Bosnië & Herzegovina
    Bulgarije
    Denemarken
    Duitsland
    Engeland
    Estland
    Finland
    Frankrijk
    Griekenland
    Hongarije
    Ierland
    Italië
    Kosovo
    Kroatië
    Letland
    Litouwen
    Luxemburg
    Macedonië
    Montenegro
    Nederland
    Noord Ierland
    Noorwegen
    Oostenrijk
    Polen
    Roemenië
    Schotland
    Servië
    Slovenië
    Slowakije
    Tsjechië
    Wales
    Winterstop
    Zomerstop (Erasmus Reünie)
    Zweden

Powered by Create your own unique website with customizable templates.